Copyright: Jan A. Baaijens, pastorale hulpverlening.
Geestelijke leiding en bescherming onder de wolk
Oprechte gelovigen willen steeds weer geestelijk onder de wolkkolom verkeren, onder de leiding van de Allerhoogste. We lezen erover in Ex.13:21-22, bij de woestijnreis van de Israëlieten: ‘De HEERE ging vóór hen uit, overdag in een wolkkolom om hun de weg te wijzen, en ’s nachts in een vuurkolom om hun licht te geven, zodat zij dag en nacht verder konden trekken. Hij nam de wolkkolom overdag en de vuurkolom in de nacht niet weg voor de aanblik van het volk.’
De wolk was het middel waarmee God het volk op de reis door de woestijn leidde en beschermde. Als een gelovige Israëliet onder de wolk verkeerde, wist hij zich veilig. Buiten de schaduw en het licht van de wolk was het onveilig en gevaarlijk. In de schaduw van de Almachtige was men beschermd tegen hitte en vijanden. Onder de wolk is er een schaduw tegen de hitte en licht in de duisternis. Als je buiten de schaduw en het licht van de wolk leeft, verdroogt en verduistert je geestelijk leven. Dan blijf je dwalen en twijfelmoedig naar de goede weg vragen.
Onder de wolk is de aanwezigheid van God
Ik denk dat de wolkkolom een goed beeld is van de geestelijke aanwezigheid en leiding van de Allerhoogste. Je ziet dit in de woestijnreis bij de aanwezigheid en bewegingen van de vuur- en wolkkolom (zoals je dit leest in Num.9:15-23). De heerlijkheid van de HEERE woonde al op de berg Sinaï in de wolk (Ex.24:16). Nadat de tabernakel in orde was gebracht, ‘bedekte de wolk de tent der samenkomst en de heerlijkheid van de HEERE vervulde de tabernakel’ (Ex.40:34). In de verzen 36-38 zien we hoe ze verder door middel van de wolk werden geleid.
Hieronder kun je aanklikken op het opdrachtenblad van deze sessie
voor een samenkomst of persoonlijk gebruik:
Opdrachtenblad Geestelijk herstel Dag 15 deel 2
Gelovig volgen onder de wolk – PDF
***
Ga niet zonder God verder…
We kunnen de aanwezigheid van God op onze levensreis niet missen. Ga niet alleen door het leven. In het Evangelie wordt ons een heerlijke bestemming voorgesteld. Als je God in het geloof gehoorzaamt en Jezus volgt, zijn er prachtige beloften voor jou in de Bijbel. Houd je vast aan de beloften waardoor je wordt bemoedigd.
Door het geloof in Jezus kun je het geweldige plan van God leren kennen. Laat het volgende lied van Sela ook jouw gebed zijn:
Wij gaan niet zonder U
U bent onze God. Wij passen in uw plan.
U kent ons naam voor naam, en wij zijn uw volk;
wij willen zonder U geen stap meer verder gaan.
***
Als U niet met ons meegaat Heer,
dan gaan wij niet weg, dan blijven wij hier.
Stel ons gerust, blijf bij ons Heer. Wij gaan niet zonder U.
Als U niet met ons meegaat Heer,
dan gaan wij niet; wij blijven hier.
***
U hebt ons bevrijd. Wij zijn voor U bestemd,
al dwalen wij soms af.
Zeg ons wat U wilt, vertel ons wat U denkt;
dan kennen wij uw hart.
***
Als U niet met ons meegaat Heer,
dan gaan wij niet; wij blijven hier.
Wees niet bang… Wees gerust… ik ben om jullie heen.
Tekst en muziek: Matthijn Buwalda, James MacMillan.
Hieronder kunnen het lied aanklikken op YouTube:
Wonen bij de beschermende heerlijkheid van God
De lichtende wolk was het symbool van de aanwezigheid van God bij Zijn volk. Het Hebreeuwse woord ‘Sjechinah’ komt van het werkwoord ‘wonen’. We lezen in Ex.40:34-35: ‘Toen overdekte de wolk de tent van ontmoeting, en de heerlijkheid van de HEERE vervulde de tabernakel, zodat Mozes de tent van ontmoeting niet kon binnengaan, omdat de wolk daarop bleef en de heerlijkheid van de HEERE de tabernakel vervulde.’
In de aanwezigheid van God zien we nog steeds dat er grote wonderen gebeuren. De Heilige Geest werkt het op een geestelijke wijze uit. Jezus Christus is er overwinnend aanwezig. De tabernakel en de ark waren ook onder de wolk. De wolk daalde zelfs af in het heilige der heiligen, waarin de ark van het verbond was.
In het Engels lezen we in vers 34: ‘Then the cloud covered the tent of meeting, and the glory of Jehova filled the tabernacle’. ‘The glory of Jehova’ wordt vertaald in de Engelse New King James version als ‘the glory of the Lord’ en ‘tent’ als ‘tabernacle’.
Als je met een groep op een tentvakantie bent, ben je dus aan het ‘tabernakelen’. Geestelijk gezien ben je veilig in de schuilplaats van de Allerhoogste als je onder de wolk verkeerd in de aanwezigheid van God.
Je mag daar overnachten
in de schaduw van de Almachtige
Lees Psalm 91 ter bemoediging maar eens door. In de vers 2 getuigt een gelovige: ‘Ik zeg tegen de HEERE: Mijn Toevlucht en mijn Burcht, mijn God, op Wie ik vertrouw!’ Als je gelooft, ben je in de schaduw van de Almachtige. Je bent dan in Zijn aanwezigheid (presence). Je bent dan in de plaats waar Hij ook wil wonen in de lichtende wolk. De aanwezigheid van God (de ‘Sjechinah’) is dan ook jouw bescherming en geeft je geestelijke leiding.
In Ps.91: 9-10 lezen we verder over de veiligheid van de gelovige: ‘Want U, HEERE, bent mijn Toevlucht. De Allerhoogste hebt u tot uw woning gemaakt. Geen kwaad zal u treffen, geen plaag zal uw tent naderen.’
Wees present
Onder de wolk of ‘in the presence of the Lord’ moet je wel ‘present’ zijn. Zorg daarom ook dat je erbij bent met je hart en niet geestelijk ‘absent’ bent.
Ben je absent of present
‘in the presence of the Lord’?
Heb jij ook een hart voor de zaak van koning Jezus? Zorg ervoor dat je gehoorzaam meeloopt onder de wolk, naar het beloofde land. Zorg er ook voor dat je hart helemaal in de wolk is. Dan ben je tevreden en gelukkig. Je mag dan meereizen met een volledig verzorgde reis naar het hemelse Kanaän. Je hoeft je slechts te houden aan Gods heilzame opdrachten.
Onder de wolk is de aanwezigheid van God, en daar leer je vertrouwend volgen. Ik denk dat de wolkkolom een goed beeld is van de geestelijke aanwezigheid en leiding van de Allerhoogste.
De wolkkolom ziet op
de geestelijke aanwezigheid en leiding van God
Wonderen, geloof en volharding
Onder en door de wolk zijn er grote wonderen gebeurd. Dit gebeurde vroeger zichtbaar bij Israël. Wonderen worden ook nu nog op Gods weg ervaren. Daar is geloof voor nodig. Het is opmerkelijk dat dit wordt benadrukt in Hebreeën 11. In vers 27 wordt er over Mozes geschreven: ‘Door het geloof heeft Hij Egypte verlaten zonder bevreesd te zijn voor de toorn van de koning. Want hij bleef standvastig als ziende de Onzienlijke.’ In opdracht van God heeft hij ook door het geloof het Pascha ingesteld. Opdrachten van God moeten dus gelovig worden opgevolgd voor de realisatie van het wonder.
Voorbeelden van geloof en volharding tijdens de woestijnreis zijn ook Jozua en Kaleb. Je ziet dat in Num. 13-14, toen de andere verspieders een kwaad bericht gaven, waardoor het volk in opstand kwam. Verspieder Kaleb sprak echter in het geloof tot het volk: ‘Laten wij vrijmoedig optrekken, wij zullen het land in bezit nemen, want wij zullen het zeker overmeesteren’ (Num. 13:30).
Kaleb en Jozua beoefenden door de genade van God
het overwinnend geloof
In Num. 14:22-23 lezen we het oordeel van de HEERE over de opstandige Israëlieten, die niet naar Hem hadden geluisterd, en Hem verworpen hadden: Zij zouden het beloofde land niet zien. God sprak verder in Num. 14:24: ‘Maar Mijn dienaar Kaleb, omdat in hem een andere geest was en hij erin volhard heeft Mij na te volgen, hem zal Ik brengen in het land waar hij geweest is, en zijn nageslacht zal het in bezit nemen.’
Wees een commando en geen verliezer
Naast Jozua was Kaleb een moedige en strijdbare held in de dienst van God en het volk. Jozua was zelfs de generaal die het commando voerde over het leger.
In Deuteronomium wordt het volk ook steeds opgeroepen om de geboden en inzettingen van de HEERE te onderhouden. In het Engels: ’Keep the commandments of the Lord your God (Zie Deut.4:1-2, 6:1-3). Iemand die ‘the commandments’ onderhoudt en doet is eigenlijk een ‘commando’. Een commando is een geoefend strijder, die een hart voor de zaak van zijn leger heeft. Hij traint en oefent om zijn vaderland zo goed mogelijk te kunnen dienen.
Gelovige commando’s houden zich aan
‘the commandments of the Lord’
Een goede commando staat is bijzonder toegewijd aan zijn commandant. Hij is met hart en ziel verbonden aan de dienst van zijn vaderland. Zo dienen de toegewijde gelovigen ook koning Jezus. Op deze wijze worden er ook overwinningen behaald in het koninkrijk van God. God strijdt voor Zijn toegewijde volk. Hij onttrekt Zich aan een ongehoorzaam volk. Omdat Jozua en Kaleb zich door God lieten leiden en volhardden in het volgen van Hem, mochten zij Kanaän binnengaan en daar door de kracht van God overwinnen. Zij bleven moedig staande tegenover een ontevreden en opstandig volk. Hun geloofsgehoorzaamheid en trouw werden rijk beloond.
Jozua had al eerder als bevelhebber de Amalekieten verdreven (Exodus 17). Hij werd een waardige opvolger van Mozes. We lezen over zijn aanstelling in Deut. 31:7-8: ‘En Mozes riep Jozua en zei tegen hem voor de ogen van heel Israël: Wees sterk en moedig, want ú zult met dit volk het land binnengaan dat de HEERE hun vaderen gezworen heeft hun te geven; en ú zult het hun in erfbezit laten nemen. De HEERE nu is het Die voor u uit gaat. Hij zal met u zijn. Hij zal u niet loslaten en u niet verlaten. Wees niet bevreesd en wees niet ontsteld.’
Als je voor de zonde kiest, moet je het zelf uitzoeken in de geestelijke strijd. Vroeger of later zul je het dan verliezen. Samen met Jezus zul je overwinnen, zonder Hem zijn we verliezers. Satan en zijn demonen zijn de verliezers en allen die zich door hen laten leiden zijn absolute ‘losers’. Als je buiten de leiding en bescherming van God door het leven gaat, kun je onder de bedwelmende invloed van de demonische machten komen. Verderop laat ik dat zien.
Bij een hemelse gift hoort ook het gelovig aannemen van deze gave van God in het hart. Zo is het ook bij het aanvaarden door het geloof van Jezus in je hart en leven. In Hebr. 11:6 wordt onomwonden gesteld: ‘Maar zonder geloof is het onmogelijk God te behagen. Want wie tot God komt, moet geloven dat Hij er is en dat Hij beloont wie Hem zoeken.’
Een ontevreden volk met een bestemming
Het reisdoel van Israël in de woestijn was het beloofde land Kanaän. Ze gingen door het zand en door het water. Velen kwamen echter niet aan. Vanaf de eerste moeilijkheden op de woestijnreis zien we al een grote menigte ontevreden, klagende en mopperende Israëlieten, die zelfs terug verlangden naar ‘de vleespotten van Egypte’. Denk maar aan het bittere, teleurstellende water van Mara.
Let er wel op dat het ongeloof en de onoprechtheid van hart mensen verhinderen om te overwinnen. Daardoor zullen zij juist de verliezers zijn. Een ongehoorzaam en verdeeld hart kunnen niet overwinnen en kunnen Jezus niet (blijven) volgen op de weg van het Licht. Je kunt dan ook niet het hemelse Kanaän en de eeuwige rust binnengaan. We lezen over de ongehoorzame Israëlieten die in de woestijn zijn gestorven in Hebr. 3:19:
‘Wij zien dan ook dat zij niet konden ingaan
vanwege hun ongeloof.’
Ook wij worden uitgenodigd om op de weg van God te komen. In het Evangelie wordt ons Jezus voorgesteld als de Weg, de Waarheid en het Leven. Wat moeten wij doen om het hemelse Kanaän binnen te gaan? Wil je deze heerlijke bestemming bereiken?
Laat het volgende lied van Matthijn Buwalda maar eens op je inwerken:
Wij zijn een volk met een bestemming, maar al jaren onderweg.
We begonnen ooit als slaven,
en toen kwam God en deed ons recht.
De bevrijding was spektakel, na tien plagen pas groen licht.
Onze voeten in de zandzee, en de zon in ons gezicht.
***
Nog een rivier, nog een rivier,
nog een rivier, en dan zijn we thuis.
***
Toen we bij de oever kwamen, wachtte ons geen groot onthaal.
We dachten net: We zijn er bijna, maar God zei:
Nog niet helemaal.
Dus wij weer terug die woestijn in, om te sterven in het zand.
En om kinderen te krijgen, kinderen voor de overkant.
***
Veertig jaar moesten we lopen, ’t was een levenslange tocht.
Onze straf voor alle ruzie die, We met God hadden gezocht.
En toen alles terugbetaalt was, gingen het water aan de kant,
Was er tijd om thuis te komen, in het onbekende land.
***
Ik ben een man een bestemming, en al jaren onderweg.
Om me heen lopen de mensen, aan wie ik mij heb gehecht.
Mijn woestijn kent stroken asfalt, neonlichten en vertier.
Kijk ons leven of we God zijn, tot we staan voor de rivier.
***
Want elke stap die brengt ons dichter, bij de grote oversteek.
Iedereen gaat als het tijd is, iedereen moet hier doorheen.
En bij elk afscheid op de oever, loop ik met wie blijven terug,
met de tranen in mijn ogen, maar de hoop steeds in mijn rug,
want ik weet:
Nog een rivier, nog een rivier, nog een rivier,
En dan ben ik thuis, dan ben ik thuis.
Je kunt het hier aanklikken op YouTube:
Beproevingen en mogelijkheden op de weg van God
Daarbij zien we ook dat het nogal eens gaat in de weg van beproevingen en onmogelijkheden van de kant van een gelovige. Jezus leert ons gelukkig wel in Lukas 18:27: ‘De dingen die onmogelijk zijn bij de mensen, zijn mogelijk bij God.’
Onder de wolk worden menselijke onmogelijkheden
mogelijk door de wonderen van God
In Exodus 14 lezen we dat de Israëlieten ook voor een onmogelijkheid kwamen. Ze stonden voor een muur… voor de Rode Zee.
Mozes gaf het verlossende Woord van God door toen ze angstig schreeuwend en wanhopig voor de zee stonden. Hij sprak de bemoedigende woorden in Ex. 14:13: ‘Wees niet bevreesd, houd stand, zie het heil van de HEERE dat Hij vandaag nog voor u zal bewerken! Want de Egyptenaren die u vandaag ziet, zult u tot in eeuwigheid niet meer terugzien. De HEERE zal voor u strijden, en u moet stil zijn.’ Vervolgens zei de HEERE tegen Mozes (in Ex. 14:15):
‘Wat roept u tot Mij?
Spreek tot de Israëlieten en zeg dat zij zullen optrekken.’
En als jij ook bevreesd en twijfelmoedig voor een muur van onmogelijkheid staat, luister dan maar naar wat Mozes tegen de Israëlieten zei in Ex.14:13-14, toen ze voor de Rode Zee stonden. Ga ook verder op het verlossende Woord van God.
De HEERE maakte deze ‘watermuur’ van onmogelijkheid tot een ‘watermuur’ van mogelijkheid. Het water bleef als twee muren staan. We lezen in Exodus 14:22: ‘Zo gingen de Israëlieten midden in de zee op het droge. Het water was voor hen aan hun rechter- en linkerhand een muur.’
In Hebr. 11:29 zien we ook weer dat het geloof een belangrijke rol heeft gespeeld in de geweldige overwinning door God. We lezen daar over de doortocht van Zijn volk: ‘Door het geloof zijn zij door de Rode Zee gegaan als over het droge. Toen de Egyptenaren dat ook probeerden te doen, zijn ze verdronken.’
Hadden de Israëlieten het geweldige wonder van de doortocht ervaren als ze niet eerst gehoorzaam in Gods weg waren gegaan? Zeker niet! Als ze in Egypte waren gebleven, hadden ze dit niet beleefd.
De doortocht door de Rode Zee was voor Israël al een overweldigend bewijs van de betrouwbaarheid van de beloften van God. Aan de overkant zongen ze in de lofzang van Mozes (in Ex. 15:2): ‘De HEERE is mijn kracht en lied, Hij is mij tot heil geweest. Dit is mijn God, Hem verheerlijk i; de God van mijn Vader, Hem roem ik.’
Ga dan ook maar gehoorzaam op de weg van Gods opdrachten en beloften. Jezus heeft de weg door de zee van zonde en onmogelijkheid voor ons gebaand. Als je in de weg van God gaat, leer je dat Hij alles door Jezus voor je gedaan heeft… en nog doet.
Door de onmogelijkheden op je weg
leer je alleen op God te vertrouwen
Je moet dus gewoon op weg gaan, om zodoende te zien hoe God de verlossing voor je bewerkt. Ook de verloren zoon in Lukas 15 moest eerst tot zijn vader terugkeren om in zijn uitgebreide armen van liefde te kunnen vallen.
Gods volk wordt uitgeleid
Bij de uittocht uit Egypte en de doortocht door de Rode Zee waren er liederen van bevrijding voor Israël. De wonderen van uitredding waren overweldigend. Wat waren ze toen nog blij en dankbaar. Was het maar zo gebleven! De volgende liederen van ‘EO-Nederland Zingt’ zijn wel toepasselijk voor dat mooie begin. Je kunt ze beluisteren via de volgende link en meezingen:
Leer gelovig volgen
In de Bijbel gaat het veel over opdrachten en beloften. We komen dit herhaaldelijk tegen in het boek Deuteronomium. In Deut.1:8 zien we dat ze het beloofde land erfelijk in bezit moesten nemen. In het Engels lezen we: ’Go in and possess the land.’ De HEERE had immers gezworen het aan het nageslacht van Abraham te geven. Ze moesten het beloofde land in (erf)bezit nemen (Deut.4:1- in het Engels: ‘take possession of the land’).
Mozes bemoedigt in Deut.1:30-33: ‘De HEERE, uw God, Die voor uw aangezicht wandelt, Die zal voor u strijden, naar alles, wat Hij bij u voor uw ogen gedaan heeft in Egypte. En in de woestijn, waarin u gezien hebt, dat de HEERE, uw God, u daarin gedragen heeft, als een man zijn zoon draagt, op al de weg, die u gewandeld hebt, totdat u kwam aan deze plaats. Maar door dit woord geloofde u niet aan de HEERE, uw God. Die voor uw aangezicht op de weg wandelde, om u de plaats uit te zien, waar u zou legeren; ’s nachts in het vuur, opdat Hij u de weg wees, waarin u zou gaan, en overdag in de wolk.’
Laat je dragen!
De HEERE droeg Zijn volk, zoals een man zijn zoon draagt.
Geloven betekent letterlijk:
‘Laat je dragen’
Let op de woorden uit Jesaja 46:3-4, waarin ook heerlijk beloften voor de toekomst staan voor hen die zich willen laten dragen. Vertrouwen is eigenlijk hetzelfde als geloven. Een kind behoort vanaf het begin te leren vertrouwen op de moeder en vader. Als het goed is doen ze hun best om dit vertrouwen te winnen. Als we groter worden behoren wij ook te groeien het het vertrouwen in God.
Je kunt als gelovige op de HEERE aan:
Zijn liefde laat nooit los
Als het leven soms pijn doet
Reni & Elisa hebben het treffend verwoord in hun bekende lied ‘Als het leven soms pijn doet. Na de tekst hieronder kun je het beluisteren via YouTube, en daarbij de mooie afbeeldingen bekijken. Misschien herken je jezelf erin, hoe je was of jezelf nog ervaart. Kun je ook, als je terugkijkt op je leven zeggen ‘dat Hij je gedragen heeft’?
Als het leven soms pijn doet,
en de storm gaat te keer, in een tijd van moeite en verdriet.
Alsof de zon niet meer opkomt, en het altijd donker blijft,
en de ochtend het daglicht nooit meer ziet.
***
Juist op die momenten, als het echt niet meer gaat,
laat me merken laat me voelen dat U werkelijk bestaat;
dat Uw armen om mij heen zijn, en Uw liefde mij omgeeft.
Dat ik zal zien, als ik terugkijk, dat U mij gedragen heeft.
***
Als ik kom met al mijn vragen, met mijn twijfels en mijn pijn,
met mijn angst en onveiligheid, lijkt de hemel soms van koper.
Geen gebed komt er doorheen, en ik verstik in onzekerheid.
***
Heer, wilt U mij helpen, als ik moe ben of verward,
dat het geloof in mijn verstand ook zal leven in mijn hart !
***
En dat Uw armen om mij heen zijn, en uw liefde mij omgeeft.
Dat ik zal zien, als ik terugkijk, dat U mij gedragen heeft.
***
Een lied van Elisa en Reni Krijgsman
***
Het volgende lied kun je ook toepassen op de leiding van God in je leven. Je ziet hierin hoe Hij je kan dragen en daartoe ook mensen op je weg plaatst.
Luther heeft eens gesteld,
dat het in de dienst van God is als in een ziekenhuis:
daar zijn mensen die dragen en gedragen worden
Soms word je gedragen, en een andere keer ben jij de drager van een ander.
De weg naar het beloofde land is en wordt door God Zelf geëffend en gebaand. We dienden slechts gelovig te volgen en het beloofde land in bezit te nemen. Dit geldt dus ook voor alle volgelingen van Jezus. Ben je bereid in Zijn weg te gaan, en Jezus (weer) oprecht en met nieuwe toewijding te volgen?
Jezus is de Weg
Jezus heeft de weg gebaand en is de overste Leidsman en Voleinder van het geloof. Hij heeft het doel bereikt en de weg naar de bestemming geopend voor de gelovigen. We hoeven slechts op Hem te zien en de voorgestelde loopbaan te lopen.
Ik vernam dat een aantal reizigers door het oerwoud heen moesten, waarin geen pad (meer) was te zien. Er was wel een gids met een groot hakmes. Ze vroegen de gids waar de weg was, om verder te gaan. De gids stak zijn hakmes in de lucht en zei: ‘Ik ben de weg.’ Vervolgens baande hij zich met het mes een weg door het oerwoud. Ze hoefden hem alleen maar te volgen. En zo is Jezus voor Zijn volgelingen ‘de Weg, de Waarheid en het Leven (Joh.14:6).
Van Mara naar Elim
Wat kunnen we leren aan de rand van het bittere water van teleurstelling en ontmoediging? Tegenslagen kunnen worden overwonnen door het ingrijpen van God in ons leven. Hij wil ons hierin bemoedigen, vormen en verrassen, als antwoord op het gebed. We zien dat bij Mara en Elim. in Exodus 15:22-27. Het volk mopperde bij deze beproeving, maar Mozes riep tot de HEERE. We lezen verder in Ex. 15:25-26: ‘En de HEERE wees hem een stuk hout. Dat wierp hij in het water. Toen werd het water zoet. Daar heeft Hij het volk een verordening en een bepaling gegeven, en daar heeft Hij het op de proef gesteld. Hij zei: Als u aandachtig luistert naar de stem van de HEERE, uw God, en doet wat juist is in Zijn ogen, als u Zijn geboden gehoorzaamt en al Zijn verordeningen in acht neemt, dan zal Ik geen enkele van de ziekten over u brengen die Ik over Egypte gebracht heb, want Ik ben de HEERE, uw Heelmeester.’
In vers 27 zien we de verrassing achteraf: ‘Toen kwamen zij bij Elim. Daar waren twaalf waterbronnen en zeventig palmbomen. Zij sloegen daar hun kamp op aan het water.’
In mijn voorbereiding kwam ik op leerzame opmerkingen van Derek Prince uit zijn boekje ‘Aan de rand van bitter water’ (ondertitel: omgaan met teleurstelling en ontmoediging). Hij behandelt daarin het ‘Mara’ uit Exodus 15:25-26. Daarin spreekt God: ‘Ik ben de HEERE, uw Heelmeester’. Derek schrijft: ‘We moeten goed begrijpen dat de Heer de dokter, de arts wil zijn voor Zijn volk. Dit is wat de Heer Zijn kinderen duidelijk wilde maken toen Hij hen naar de poel met bitter water leidde.’
Prince geeft aan dat in zijn tijd al veel mensen leefden van hoogtepunt naar hoogtepunt ‘en vaak meer gericht zijn op de beleving van het moment en op onmiddellijke behoeftebevrediging, dan op geleidelijke groei naar volwassenheid in ons karakter.’ Hij stelt: ‘Iedere afzonderlijke openbaring zal ons uiteindelijk doen groeien in het kennen van God zelf.’
Ik denk dat je in het voortdurend zien op God en Jezus, als de Heelmeester en Heiland, je gevormd zult worden in een beproefd karakter, waardoor je de druk en spanning beter kunt handelen en wegleggen bij het kruis. Let erop: het is een heiligend kruis, waaronder je getroost kunt reizen naar het Vaderlijk huis.
De blijdschap van de HEERE zal dan je kracht zijn, wat je zal helpen bij het overwinnen van de gevolgen van de burn-out en het pijnlijk denken over de klachten die je nog hebt. Door het zien op Jezus konden de discipelen verblijd zijn in het lijden dat ze verdroegen. Jakobus schrijft erover: ‘Acht het enkel vreugde wanneer u in allerlei beproevingen terechtkomt (Zie verder Jakobus 1:2-5).
Liefde en recht voor een ongehoorzaam volk
Jesaja roept in hoofdstuk 63:7-14 de goedertierenheid en barmhartigheid van de HEERE tot Israël in de woestijn in herinnering. In vers 8 lezen we dat Hij hun tot een Heiland werd. (Een Heiland is een redder, bevrijder en Heer.) Door Zijn liefde en genade heeft Hij hen bevrijd, opgeheven en gedragen (vers 9).
We lezen verder in de verzen 10-14: ‘Zij daarentegen zijn ongehoorzaam geworden en hebben Zijn Heilige Geest bedroefd. Daarom is Hij voor hen veranderd in een vijand, Hij Zelf heeft tegen hen gestreden. Toch dacht Hij aan de dagen vanouds, aan Mozes, aan Zijn volk. Maar nu, waar is Hij Die hen deed opgaan uit de zee met de herders van Zijn kudde, waar is Hij Die Zijn Heilige Geest in hun midden stelde, Die Zijn luisterrijke arm heeft doen gaan aan de rechterhand van Mozes, Die het water voor hun ogen doormidden spleet om Zich een eeuwige Naam te maken, Die hen deed gaan door de diepe wateren? Als een paard in de woestijn struikelden zij niet, als een dier dat in de vallei afdaalt, heeft de Geest van de HEERE hun rust gegeven. Zo hebt U Uw volk geleid om U een luisterrijke Naam te maken.’
Bescherming onder de wolk
Onder de wolk word je door God je beschermt! Gelovige, vertrouw daarom op Hem! Onder Zijn leiding ben je veilig. In 1 Petr. 5:7 worden we bemoedigd: ‘Werp al uw zorgen op Hem, want Hij zorgt voor u.’
Toch moet je in de schuilplaats van de Allerhoogste niet zorgeloos worden, maar altijd waakzaam en strijdbaar blijven! We lezen immers in 1 Petr. 5:8-9: ‘Wees nuchter en waakzaam; want uw tegenpartij, de duivel, gaat rond als een brullende leeuw, op zoek naar wie hij zou kunnen verslinden. Bied weerstand aan hem, vast in het geloof, in de wetenschap dat hetzelfde lijden ook aan al uw broeders in de wereld opgelegd wordt.’
Ds. Alexander Peden ‘onder de wolk’
Een bekend verhaal over Gods beschermende hand ‘onder de wolk’ kun je lezen in het boek “Onder de slip van Zijn mantel’, over ds. Alexander Peden.
Dominee Peden moest zich schuilhouden voor de Engelse soldaten. Hij kon steeds weer ontsnappen, ook omdat hij een snel paard had, terwijl hij goed kon paardrijden. Hij was al oud geworden. De leider van de achtervolgers, een zekere Claverhouse, was hem echter op het spoor gekomen.
Een soldaat van deze achtervolger reed echter vooruit naar de boerderij waar Peden met anderen was. Hij voegde zich bij de dominee en de groep ging er zo snel mogelijk vandoor op de paarden. Het werd een wilde achtervolging. Op en gegeven moment raakten de paarden uitgeput. Ze moesten afstijgen. De achtervolgers waren al dichtbij.
Peden hurkte met de mannen in een dal neer op de knieën voor een gebed. Hij smeekte de Heere om bescherming: dat Hij ze zou willen bedekken ‘onder de slip van Zijn mantel’. Hij bad: ‘Wilt U de slip van Uw mantel werpen over de oude Alexander en deze arme schapen en red ons nog alleenlijk dit keer en wij zullen het in herinnering houden.’ Daarna breidde hij zijn handen naar omhoog.
Toen gebeurde er een wonder. Daarop daalde er een zware mist over de top van de heuvel en verborg ze voor de vijanden. Zij waren toen veilig ‘onder de wolk’. De achtervolgers gingen toen letterlijk ‘de mist in’. Zij reden boos en al vloekend langs hen heen, maar ontdekten ze niet. Zo werden ze door de Heere gespaard!
Je kunt er Psalm 91 naast leggen. In het eerste vers lezen we: ‘Wie in de schuilplaats van de Allerhoogste is gezeten, zal overnachten in de schaduw van de Almachtige.’ In vers 4 lezen we verder: ‘Hij zal u beschutten met Zijn vlerken…’ En ook het elfde vers is van toepassing: ‘Want Hij zal voor u Zijn engelen bevel geven, dat zij u bewaren op al uw wegen.’
De kracht van het gelovig gebed,
zoals bij Mozes, Aäron en Hur
De Amalekieten vielen het leger in de achterhoede aan. In Deut.25:18 zegt Mozes dat Amalek daar de zwakke mensen, die moe en uitgeput waren en achteraan liepen, versloeg. Zo zullen ook de kwade geesten zwakke plaatsen bij hun slachtoffers uitzoeken.
We lezen in Ex.17:9-13 dat er biddend en gelovige werd gestreden tegen de Amalekieten. Dit gebeurde op de top van de heuvel door Mozes, die de staf van God omhoog moest houden. Aaron en Hur ondersteunden op den duur zijn handen. Zo overwon de krijgsoverste Jozua de Amalekieten.
We kunnen de aanvallen van de kwade, demonische geesten afslaan door de vleugels van het geloof en het gebed.
In Openb.12:14 lezen we dat aan de vrouw twee vleugels van een grote arend zijn gegeven, opdat zij zou vliegen in de woestijn, om buiten het gezicht van de slang te komen. Dat zijn de vleugels van geloof en gebed. Deze vleugels zijn nodig om te vluchten in de schuilplaats van de Allerhoogste (Psalm 91).
Gebruik de vleugels van geloof en gebed
Door middel van het gebed van Mozes liet de HEERE Israël overwinnen in de strijd tegen de Amalekieten (zie Ex.17:8-16). De Amalekieten en Israëls vijanden in het Oude Testament kun je vergelijken met onze geestelijke vijanden.
De Amalekieten vielen het leger in de achterhoede aan. In Deut.25:18 zegt Mozes dat Amalek daar de zwakken die achteraan liepen versloeg, die moe en uitgeput waren. Zo zullen ook de boze geesten zwakke plaatsen bij hun slachtoffers uitzoeken. Het is daarom ook belangrijk dat er een sterk biddend geloofsleven wordt beoefend.
We lezen in Ex.17:9-13 dat er biddend in geloofsgehoorzaamheid werd gestreden tegen de Amalekieten. Dit gebeurde op de top van de heuvel door Mozes, die de staf van God omhoog moest houden. Aäron en Hur ondersteunden op den duur zijn handen.
Als Mozes op de heuvel de staf van God omhoog hield, won Israel (then ‘Israel prevailed’, Ex.1711). Overwinnend gebed wordt in het Engels ‘prevailing prayer’ genoemd. We kunnen de aanvallen van de boze geesten afslaan door de vleugels van het geloof en het gebed.
Door de kracht van God en op het gebed overwon de krijgsoverste Jozua de Amalekieten. Jozua is een type van Jezus. De naam Jozua of Jehosjoe’a betekent: ‘God is zijn hulp’ of ’JHWH redt/bevrijdt’. In de Septuaginta wordt zijn naam weergegeven met ‘Jesous’, dezelfde naam als ‘Jezus’ in het Nieuwe Testament.
De HEERE is mijn Banier
Overwinnend gelovig gebed is nodig voor onszelf en onze kinderen. Voor Mozes was de HEERE zijn banier. Hij noemde het altaar dat hij na de overwinning bouwde: ‘De HEERE is mijn Banier’ (“The-Lord-Is-My-Banner’, in het Hebreeuws: ‘YHWH Nissi’). Voor de gelovigen is Jezus de Leider en Beschermer. Zijn banier moet omhoog worden gehouden. Hij heeft overwonnen aan het kruis. In het overwinnend Evangelie wordt Hij verhoogd als de Overwinnaar. Na Zijn opstanding en hemelvaart is Hij voor ons de verhoogde Middelaar en eeuwige Koning.
Blijf samen in gebed
Op de reis naar het hemelse Kanaän heb je elkaar nodig, om samen te bidden. Dat brengt ons in de aanwezigheid van God door Jezus Christus, met de belofte van verhoring. Jezus leert ons in Matth. 18:19-20, als Hij tot Zijn discipelen spreekt: ‘Verder zeg Ik u dat, Als twee van u op de aarde iets, wat dan ook, eenstemmig verlangen, het hun ten deel zal vallen van Mijn Vader, Die in de hemelen is. Want waar twee of drie in Mijn Naam bijeengekomen zijn, daar ben Ik in hun midden.’
Je wordt ertoe opgewekt in het volgende lied van sela:
BID MET MIJ
Bid met mij in deze lange nacht.
Richt je hart op God, wees waakzaam, bid en wacht.
Wees dan stil als je geen toekomst ziet
en vertrouw op God, want Hij vergeet ons niet.
Bid met mij, nu heel de wereld lijdt.
Zoek de wil van God, bid om een nieuwe tijd.
Wees dan stil als je geen toekomst ziet
en vertrouw op God want hij vergeet ons niet.
Zoon van God, wij bidden U,
U die zelf onze weg volbracht:
houd ons vast en leid ons nu
op de weg, die wij gaan door de lange nacht.
Lied van Sela. Tekst: Peter Dijkstra muziek: Kinga Bán
***
De rat in het zendingsvliegtuigje
Iemand vertelde tijdens een samenkomst een voorbeeld over een rat in een zendingsvliegtuigje. Tijdens de vlucht kwam de rat tussen de bagage vandaan en begon aan bedrading te knagen. De piloot zag geen kans de rat weg te jagen bij de bedrading. Hij zou dan de stuurknuppel los moeten laten, waardoor het vliegtuig omlaag zou storten. Als de rat een kabel zou doorknagen was de kans ook groot dat het vliegtuigje zou neerstorten.
Wat kon de piloot nu nog doen? Opeens kreeg hij een helder idee. Hij zette zijn luchtmasker op en ging zo hoog mogelijk vliegen! Uiteindelijk ging de rat dood door zuurstofgebrek.
Het voorbeeld is duidelijk. Wij moeten ook zorgen zo hoog mogelijk te vliegen, zodat de satan zijn schadelijke activiteiten zal moeten staken. Hij kan en mag niet zo dicht in de nabijheid van God komen, waar de gelovigen door de vleugels van geloof en gebed wel mogen en kunnen komen.
Blijf strijden tegen de geestelijke Amalekieten
We leren ook van de strijd met de Amalekieten, dat we moeten blijven strijden tegen onze geestelijke vijanden. De Amalekieten moeten samen met de andere Kanaänieten (in het beloofde land) worden uitgeroeid. Omdat de Israëlieten deze opdracht van God niet geheel hebben uitgevoerd, hebben ze door de eeuwen heen blijvend schade geleden door boze aanvallen. Zo dienen wij ook de zonden zoveel mogelijk uit te roeien en te strijden tegen schadelijke invloeden en demonische infiltratie.
Jongeren in de gevarenzone
De kwade geesten hebben het vooral gemunt op de kwetsbare kinderen en gevoelige jongeren. Vooral pubers die op verkenningstocht zijn vormen een gemakkelijke prooi. Deze jongeren openen in hun identiteitscrisis de gevoelsdeuren naar verleidende geesten die hen ‘tenminste aandacht geven’. Ze laten zich spoedig verwennen door het warme vuile water uit de bedwelmende grachten van de wereldstad. Ze surfen vanonder de beschermende wolk vandaan naar duistere gelegenheden.
Jongeren hebben de leiding en bescherming van de wolk nodig. De aanwezigheid van God kan hen naar het hemelse Kanaän brengen. Veel christelijke jongeren dwalen weg als een kwetsbaar schaap in de wildernis. Ze worden misleid, verdwalen en komen op het gebied van boze machten. Velen raken emotioneel en geestelijk beschadigd en moeten de rest van hun leven de gevolgen ondervinden.
Op het gebed worden velen gered
Geloof en overwinnend gebed zijn daarom nodig om ze door Gods hulp weer ‘onder de wolk’ te kunnen krijgen. En op het gebed zijn er al velen gered.
Een persoonlijke test voor Jim Cymbala
Jim Cymbala heeft als voorganger van de Brooklyn Tabernakel in New York het boek ‘Frisse Wind, Nieuw Vuur’ geschreven. Zijn gemeente groeide in vijfentwintig jaar van nog geen 20 mensen tot meer dan 6000 leden. Hij heeft heel wat geloofsbeproevingen moeten doorstaan. Daar tegenover heeft God hem ook opmerkelijke gebedsverhoringen gegeven en wonderlijke uitreddingen.
Onder het kopje ‘Een persoonlijke test’ verhaalt hij de beproevingen rondom zijn dochter Chrissy. Hij heeft samen met zijn vrouw Carol tweeënhalf jaar lang ‘een onvoorstelbaar donkere periode’ moeten doormaken.
Hij schrijft erover: ‘Onze oudste dochter Chrissy was altijd en voorbeeldig kind geweest. Toen ze ongeveer zestien jaar was, begon ze echter af te dwalen.’ Jim had het eigenlijk te laat in de gaten. Hij werd te veel in beslag genomen door het kerkelijk werk.
Chrissy verwijderde zich steeds verder
van het gezin, de kerk en God.
Ze ging op den duur het huis uit. Jim en Carol wisten vaak niet waar ze ’s nachts was. Alles wat ze deden om haar terug te winnen, mislukte… Ze werd steeds harder.
Jim: ‘Ze kreeg een vriend die alles was wat wij niet wilden voor ons kind.’ Het gebeurde in die tijd vaak dat Jim de autorit van 25 minuten naar de Tabernakel huilde. Hij bad daarbij: ‘God, hoe moet ik drie diensten doorkomen vandaag? Ik wil niet in het middelpunt van de belangstelling staan. De mensen hebben zelf ook moeilijkheden – ze komen om hulp en bemoediging te ontvangen. Maar ikzelf dan? Ik kan het bijna niet meer aan. O, God, alstublieft… mijn oudste dochter, mijn Chrissy.’
Voor Carol was het ook een uiterst moeilijke periode. Toen ze bericht kreeg dat ze geopereerd moest worden, viel de duivel haar aan met zijn boze ingevingen: ‘Jij hebt een groot koor, je maakt albums, geeft concerten in de Radio City Music Hall en nog veel meer. Blijf jij maar lekker samen met je man de mensen winnen voor Christus – maar je kinderen zijn voor mij. De eerste heb ik al. De volgende twee kom ik ook halen.’
Op een dag zei ze wanhopig tegen Jim: ‘Luister, we moeten weg uit New York. Ik meen het. We zijn onze dochter al kwijtgeraakt in deze atmosfeer. We kunnen hier geen kinderen grootbrengen. Als jij wilt blijven, oké – maar ik haal onze andere kinderen hier weg.’
Ze was er depressief van geworden
Op een gegeven moment ging ze toen achter de piano zitten en kreeg ze van God een lied. In het lied gaat het over de blijvende trouw van God. Het eindigt: ‘Hij is trouw, altijd trouw geweest…’
Al de pogingen van Jim om Chrissy weer terug te krijgen mislukten. Op 18-jarige leeftijd zette ze gewoon haar zin door en ging het steeds slechter met haar. Jim kon niet accepteren dat ze zonder God leefde, maar de Heere liet hem duidelijk zien dat hij moest ophouden met huilen en schreeuwen en dat hij niet meer met anderen over haar mocht praten. Hij moest zich alleen op God richten.
Wij moeten leren ons alleen op God te richten
Toen wist hij dat hij geen contact meer zou hebben met Chrissy, totdat God zou ingrijpen. Voor hem bleef over: ‘Roep Mij aan ten dage der benauwdheid; Ik zal u redden.’ Ondanks de slechte berichten bleef hij tot God bidden en Hem groot maken om wat Hij zou gaan doen.
Tijdens een bidstond over handelingen 4, kreeg Jim via een zaalwachter een briefje van een jonge gelovige vrouw. Ze had erop geschreven: ‘Dominee Cymbala, ik denk dat we de bijeenkomst moeten onderbreken om voor uw dochter te bidden.’ Nadat het bekend was gemaakt, begon zijn collega dominee Boekstaaf met de mensen voor Chrissy te bidden.
‘De kerk veranderde in een geestelijke verloskamer.’
Jim verhaalt: ‘De mensen begonnen te kreunen in een wanhopige vastberadenheid, alsof ze wilden zeggen: ‘Satan, je krijgt dit meisje niet. Laat haar los – ze komt terug!’ (…) Ik ging bijna letterlijk onderuit door de kracht van die grote menigte die tot God riep.’
Toen hij weer bij Carol thuis was, zei hij tot haar: ‘Het is voorbij met Chrissy. Je zou bij de bidstond geweest moeten zijn vanavond. Ik zeg je, als er een God in de hemel is, is deze hele nachtmerrie eindelijk voorbij.’
Twee dagen later zat Chrissy op haar knieën op de vloer in de keuken. Ze schokte van het huilen. Jim zei voorzichtig: ‘Chrissy?’ Ze beleed: ‘Papa, papa, ik heb gezondigd tegen God. Ik heb gezondigd tegen mezelf. Ik heb gezondigd tegen u en mama. Vergeef me alstublieft.’
Jim vervolgt: ‘Mijn blik was net zo vertroebeld door tranen als die van haar. Ik trok haar van de vloer omhoog en drukte haar tegen me aan, terwijl we samen huilden. Plotseling rukte ze zich los. ‘Papa,’ vroeg ze dringend, ‘wie heeft er voor me gebeden? Wie heeft er voor me gebeden?’ (…) ‘Wat bedoel je, Chrissy?’
‘Wie heeft er dinsdagavond voor me gebeden?’
Ik zei niets, dus ging ze verder: ‘Midden in de nacht maakte God me wakker en liet me zien dat ik de ondergang tegemoet ging. Het was een bodemloze put – ik was doodsbang. Ik was echt verschrikkelijk bang. Ik besefte hoe hard ik geweest ben, hoe verkeerd, hoe opstandig. Maar tegelijk was het alsof God Zijn armen om me heen sloeg en me tegen Zich aan drukte. Hij zorgde ervoor dat ik niet verder naar beneden kon glijden en zei: ‘Ik houd nog steeds van je.’
Papa, u moet het me vertellen – wie heeft er dinsdagavond voor me gebeden?’ Ik keek in haar met bloed doorlopen ogen en herkende weer de dochter die we hadden grootgebracht.’
Jim gaat verder: ‘Uit alles bleek dat Chrissy zich weer tot God gekeerd had.’ Ze ging daarna naar een bijbelschool. Ze ging leiding geven aan verschillende muziekgroepen en een groot koor. Later is ze getrouwd met een voorganger en kregen ze drie schattige kinderen.
Voorganger Jim Cymbala sluit af met de doorleefde woorden: ‘Door dit alles heen hebben Carol en ik als nooit tevoren geleerd dat we elke weerstand van de duivel kunnen breken als we aanhoudend tot God bidden, want voor Hem is niets onmogelijk. Christenen hebben in deze moeilijke tijd gewoon geen andere keus.’
Israël onder de wolk als leerzaam voorbeeld voor ons
Israël kwam voor de eerste maal tot aan de grens van het beloofde land. Het werd verkend door 12 verspieders of spionnen. Tien van hen zaaiden angst, ongeloof en opstandigheid uit op het volk door hun ontmoedigende woorden over de sterke tegenstanders, de reuzen en de versterkte steden in Kanaän. Het ongeloof en de opstand brachten het zware oordeel van God over het volk. Daarna moest Israël voor straf nog 38 jaar in de woestijn rondzwerven. Wat kunnen we leren van deze Israëlieten onder de wolk in de woestijn?
Israël is een waarschuwend voorbeeld voor de christenen. Je kunt dat lezen in 1 Korinthe 10:1-13, dat ik nu laat volgen: ‘En ik wil niet, broeders, dat u er geen weet van hebt dat onze vaderen allen onder de wolk waren en allen door de zee zijn gegaan, en dat allen in Mozes gedoopt zijn in de wolk en in de zee, en allen hetzelfde geestelijke voedsel gegeten hebben, en allen dezelfde geestelijke drank gedronken hebben. Zij dronken namelijk uit een geestelijke rots, die hen volgde; en die rots was Christus.
Maar in de meesten van hen heeft God geen welgevallen gehad, want zij zijn neergeveld in de woestijn.
En deze dingen zijn gebeurd als voorbeelden voor ons, opdat wij niet zouden verlangen naar kwade dingen, zoals ook zij verlangd hebben. En word geen afgodendienaars, zoals sommigen van hen, zoals geschreven staat: Het volk ging zitten om te eten en te drinken en zij stonden op om te feesten.
En laten wij geen hoererij bedrijven, zoals sommigen van hen hoererij bedreven hebben, en op één dag vielen er drieëntwintigduizend.
En laten wij Christus niet verzoeken, zoals ook sommigen van hen Hem verzocht hebben en door de slangen omgekomen zijn.
En mor niet, zoals ook sommigen van hen gemord hebben en omgekomen zijn door de verderver.
Al deze dingen nu zijn hun overkomen als voorbeelden voor ons, en ze zijn beschreven tot waarschuwing voor ons, over wie het einde van de eeuwen gekomen is. Daarom, wie denkt te staan, laat hij oppassen dat hij niet valt.
Meer dan een menselijke verzoeking is u niet overkomen. God is getrouw, Die niet zal toelaten dat u verzocht wordt boven wat u aankunt, maar Hij zal met de verzoeking ook de uitkomst geven om die te kunnen doorstaan.’
We lezen erover in Psalm 78:6-7 dat de Israëlieten hun kinderen moesten vertellen dat ze hun hoop op God moesten stellen, en Zijn daden niet zouden vergeten, maar Zijn geboden in acht moesten nemen. We lezen verder in vers 8: ‘En niet worden als hun vaderen: een opstandige en ongehoorzame generatie, een generatie die zijn hart niet richtte op God en van wie de geest niet trouw was aan God.’
In vers 14 wordt vermeld: ‘Hij leidde hen overdag met een wolk, de hele nacht met een lichtend vuur.’ In de verzen 52-53 lezen we over de leiding van de HEERE: ‘Hij liet Zijn volk als schapen wegtrekken en leidde hen als een kudde door de woestijn. Ja, Hij leidde hen veilig, zodat zij niet angstig waren, want de zee had hun vijanden bedolven.’
Laat je leiden op de weg van God
Als je ziet hoe het mis is gegaan met de ontevreden Israëlieten, ga dan biddend en volhardend op de weg van God. Volg gehoorzaam als een kind, dat alleen de weg niet vindt. Volg de weg die Jezus gelopen heeft. Laat Hij ook voor jou de Weg zijn!
Laat het volgende bekende lied van Sela uit je hart gegrepen zijn. Bid en zing mee: ‘Heer, wijs mij Uw weg.’ Hieronder volgt het lied:
Heer, wijs mij Uw weg. En leid mij als een kind,
dat heel de levensweg slechts in U richting vindt.
Als mij de moed ontbreekt om door te gaan,
troost mij dan liefdevol, en moedig mij weer aan.
***
Heer, leer mij Uw weg, die zuiver is en goed.
Uw woord is onderweg, als een lamp voor mijn voet.
Als mij het zicht ontbreekt, het donker is,
Leidt mij dan op Uw weg, de weg die eeuwig is.
***
Heer, leer mij Uw wil aanvaarden als een kind,
dat blindelings en stil U vertrouwd, vrede vindt.
Als mij de wil ontbreekt Uw weg te gaan,
spreek door Uw Woord en Geest mijn hart en leven aan.
***
Heer, toon mij Uw plan. Maak door Uw Geest bekend
hoe ik U dienen kan, en waarheen U mij zendt.
Als ik de weg niet weet, de hoop opgeef,
toon mij dat Christus heel mijn weg gelopen heeft.
Toon mij dat Christus heel mijn weg gelopen heeft.
***
Hieronder kun je aanklikken op het lied van Sela via YouTube:
YouTube-video Nederland Zingt: Heer, wijs mij Uw weg
***
Volg je Jezus met een oprecht hart?
Heb jij ook een hart voor de zaak van koning Jezus? Zorg ervoor dat je gehoorzaam meeloopt onder de wolk, naar het beloofde land. Zorg er ook voor dat je hart helemaal in de wolk is. Dan ben je tevreden en gelukkig. Je mag dan meereizen met een volledig verzorgde reis naar het hemelse Kanaän. Je hoeft je slechts te houden aan Gods heilzame opdrachten.
In de volgende afbeelding zie je dat het hart onverdeeld onder de wolk verkeerd.
Deze christen wil nog in de aanwezigheid van God zijn. Het lijkt een eerlijke gelovige, een werkelijke discipel. Hopelijk blijft deze christen volhardend volgen.
Een echte discipel is een leerling en volgeling van Jezus
Een discipel wil zoveel mogelijk leren en zoveel mogelijk volgen
Een echte discipel vraagt naar de wil van God
Als je Jezus uit liefde volgt, ervaar je dat Zijn liefdesgeboden niet zwaar zijn. We lezen in 1 Joh.5:3-4: ‘Want dit is de liefde tot God, dat wij Zijn geboden in acht nemen; en Zijn geboden zijn geen zware last. Want al wat uit God geboren is, overwint de wereld; en dit is de overwinning die de wereld overwonnen heeft: ons geloof.’
Als je gelooft in Jezus, de Zoon van God, mag je door Hem de wereld overwinnen (vers 5). Je moet in de liefde van Jezus blijven. Probeer in het centrum van Gods wil te blijven, dan is je hart midden onder de wolk.
Wees niet dubbelhartig
Er zijn helaas veel christenen die eigenlijk maar ‘onoprechte meelopers’ zijn. Zij hebben geen hart voor de zaak van koning Jezus. Zij lopen mee uit gewoonte, uit angst of uit oppervlakkige godsdienstige motieven. Dat zijn uiteindelijk ook ‘geestelijke verliezers’. Ze ontwikkelen een dubbele identiteit.
Ontwikkel geen dubbele identiteit
Ze kennen een stiekem leven en een leven ‘voor het zicht’. Ze houden in het geheim zonden aan de hand, wat anderen niet mogen weten. Deze duistere geheimen kun je bewaren in je computerprogramma’s of reserveren voor je uitgaansleven. Het ontwikkelen van een zwart hart in het verborgene kan veel schade gaan opleveren in het vervolg van je leven. De zonde zal steeds meer vat krijgen op onderdelen van je leven. En zonde betekent: ‘je doel missen’.
Zet de sluisdeur van de zonde niet op een kier
Als je de zonde bewust toelaat, is dit als het openzetten van een sluisdeur. In het begin is het vaak nog wel te beheersen, maar als je de sluis verder openzet, wordt de stuwende stroom steeds sterker. Op den duur is er niet meer tegen te vechten en laat je het maar gaan. Je kunt niet meer zonder en het wordt een verslaving. Bezin je daarom als je er aan begint! Een oud gezegde leert ons: ‘Weersta de eerste beginselen (van het kwaad)’.
Het kwaad begint dus bij het ontwikkelen van een dubbele identiteit onder de beschermende wolk. Bedenk voor jezelf: ‘Waar zal het me brengen?’ Welke schade zal het me (op den duur) opleveren?
In de volgende afbeelding zie je de ontwikkeling van het zwarte hart achter de zichtbare buitenkant van een christen die nog meeloopt onder de wolk.
Als je erin volhardt, kun je jezelf langzaam maar zeker uit de bescherming van God zondigen. We lezen in Hos.4:17 dat de HEERE spreekt: ‘Efraïm is verknocht aan de afgoden; laat hem met rust!’ (In de Statenvertaling: ‘Efraïm is vergezeld met de afgoden; laat hem varen.’) Je kunt dus door het moedwillig doorgaan in bepaalde zonden, vallen in ‘het oordeel van de verharding’. Je wordt dan aan je eigen verkeerde keus overgelaten.
Volhard niet in het kwaad
De Heilige Geest waarschuwt verschillende malen in de Schrift, dat we onze harten niet moeten verharden. Lees maar in Ps.95:7, Hebr.3:7-8 en Hebr.4:7. Misschien ben je ook een stiekem hart aan het ontwikkelen achter je computerscherm of op verborgen plaatsen. Niemand mag dit dan van je weten. In het begin spreekt je geweten nog wel, maar je probeert deze het zwijgen op te leggen.
Als het geweten niet meer spreekt, ben je waarschijnlijk al buiten de directe bescherming van de wolk geraakt. Dwangmatigheid en verslaving krijgen dan steeds meer grip op onderdelen van je leven.
Het hart van een afdwalend christen kan al spoedig voor een groot deel in de wereld zijn en voor een kleiner deel in de kerk. Het hart is dan voor kleiner deel onder de wolk en een groter deel in de zondige wereld. In de volgende afbeelding zie je dan dat het hart dus ook voor het grootste deel zwart is.
Als je niet oprecht van hart bent, kun je eigenlijk niet normaal meekomen met de gezonde gelovigen. Je moet dan steeds weer aangespoord en gecorrigeerd worden door meer radicale gelovigen.
Het kan zijn dat je dan onwillig door een wettische zweep voortgedreven onder een juk van dienstbaarheid. Dit was dus ook het geval met de overgrote meerderheid van de Israëlieten in de woestijn. Velen verlangden weer naar de vleespotten van Egypte. Hun hart lag daar nog. Daarom kwamen ze om in de woestijn, zoals de vrouw van Lot buiten Sodom. Als je niet met een oprecht, toegewijd hart naar het hemelse Kanaän reist, is de kans groot dat je er nooit aankomt!
Dubbelhartigheid
De dubbelhartige christenen zijn ook vaak de geestelijke twijfelaars. Als er veel twijfelaars zijn in een gemeente, kan dit liggen aan gebrekkige voorlichting en het prediken van de twijfelende, zwakke mens in plaats van het onvoorwaardelijk geloof in Jezus Christus. We moeten Jezus Christus, de grote Overwinnaar prediken en niet de steeds weer verliezende mens.
Dubbelhartige christenen zijn vaak ook twijfelaars
Dubbelhartigheid betekent in veel gevallen ook onoprechtheid. Het kan ook liggen aan gebrek aan geestelijke kennis. Daarom is een goede, heldere prediking van uitermate groot belang!
We lezen in Jak.1:5-8: ‘En als iemand van u in wijsheid tekortschiet, laat hij die dan vragen aan God, Die aan ieder overvloedig geeft en geen verwijten maakt, en ze zal hem gegeven worden. Maar laat hij er in geloof om vragen en daarbij niet twijfelen. Immers, wie twijfelt, lijkt op een golf van de zee, die door de wind voortgestuwd en op- en neergeworpen wordt. Want zo iemand moet niet denken dat hij iets ontvangen zal van de Heere. Hij is een dubbelhartig man, onstandvastig in al zijn wegen.’
Wees niet verdeeld van hart
en gespleten van ziel
In het Grieks staat er: ‘een man tweezielig onbestendig’, in het Engels: ‘He is a double-minded man, unstable in all his ways.) Zo iemand is labiel en kan niet standvastig volgen. Hij is innerlijk verdeeld en gespleten van ziel.
Het oudtestamentische ideaal was, volgens de Studiebijbel: ‘het ongedeeld zijn van hart en de volledige overgave aan God (Deut.18:13; Ps.18:24)’. In de Studiebijbel wordt verder verklaard bij ‘het onbestendig zijn in al zijn wegen’: ‘Dat kan worden weergegeven met ‘in heel zijn levenswandel’. Zo’n twijfelaar heeft geen innerlijke vastigheid en dat manco openbaart zich in zijn hele manier van leven.’
We lezen in Jak. 4:1-3 over de verdeeldheid in het hart van dubbelhartigen: ‘Vanwaar al die strijd en al die conflicten in uw midden? Vloeien ze hier niet uit voort: uit uw hartstochten, die in alle delen van uw lichaam strijd voeren? U verlangt naar iets en krijgt het niet. U benijdt anderen en beijvert u om dingen te bemachtigen en kunt ze niet krijgen. U maakt ruzie en voert strijd, maar u krijgt niet, omdat u niet bidt. U bidt wel, maar u ontvangt niet, omdat u verkeerd bidt, met het doel het in uw hartstochten door te brengen.’
Ze ontvangen niet omdat ze verkeerd, op zichzelf gericht bidden. Volgens de Studiebijbel bidden ze enkel uit zelfzuchtige overwegingen. Er wordt verder over verklaard: ‘Zij vragen God slechts om die dingen, die ze voor de bevrediging van hun lusten denken nodig te hebben.
Het commentaar in De Studiebijbel gaat verder: ‘Het is hun er alleen maar om te doen het gevraagde in hartstocht te ‘consumeren’ ( ‘er door te brengen’). Dit vragen staat dus lijnrecht tegenover het bidden uit een oprecht hart, dat door God wel wordt verhoord. Volgens Jak. 5:15-17 wordt een gelovig, krachtig en vurig gebed wel verhoord (dat in navolging van het oprecht bidden van Elia). Zie hierbij Ps. 34:16, Ps. 145:18 en 1 Joh. 5:14-15.
Bekering en reiniging van hart is nodig, zoals we lezen in Jak. 4:7-8: ‘Onderwerp u dan aan God. Bied weerstand aan de duivel en hij zal van u wegvluchten. Nader tot God, en Hij zal tot u naderen. Reinig de handen, zondaars, en zuiver de harten, dubbelhartigen!’ (u die innerlijk verdeeld bent).
Het gaat hier om weifelende harten die verdeeld zijn
tussen God en de wereld.
Deze mensen behoren met heel hun hart tot God terug te keren
Door de innerlijke verdeeldheid in een gemeente en het hart kun je een gemakkelijke prooi worden van de duivel. Je bent dan bezig de specialiteit van diabolos, het Griekse woord voor duivel. Diabolos is afgeleid van het dia-ballo, dat ‘uit elkaar en door elkaar gooien betekent. Misleidende machten zien kans om onoprechte mensen met verdeelde harten te bespelen. In Efeze 4:27 lezen we dat we de duivel geen plaats of voet moeten geven. De duivel en zijn demonen hebben er een handje van om iemand te bespelen die openingen bied door zonde. Ze benutten alle kansen die ze krijgen.
De kwade misleiders zijn voortdurend en meedogenloos bezig om verdeeldheid te zaaien, chaos te veroorzaken, uiteen te werpen, en scheuringen teweeg te brengen. Zij doen dit maatschappelijk, kerkelijk, binnen huwelijken en gezinnen en ook in het hart.
De barsten, scheuren en beschadigingen breiden zich steeds verder uit, tot in de gedachten, gevoelens en ziel van de gelovigen toe
De duivel wil verdelen en heersen. Hij wil verdeeldheid en haat. Gelukkig is er een Heiland Die alle macht heeft ontvangen in hemel en op aarde. Jezus Christus is de Overwinnaar in de geestelijke strijd.
Jezus wil helen
Hij wil eenheid en liefde
Rein en oprecht van hart zijn
Jezus spreekt in de Bergrede ‘de reinen van hart’ zalig (Matth.5:8). Rein van hart betekent ‘oprecht en onverdeeld van hart zijn’ (Ps.24:4). Zij proberen niet God en de wereld tegelijk te dienen.
Een rein hart
is een oprecht en onverdeeld hart
De genoemde onoprechte dubbelhartige christenen kunnen hun zonden en de wereld niet overwinnen. Dat zijn de geestelijke verliezers. Het zijn de besluiteloze meelopers met een zwakke wilskracht. Ze kunnen geen echte blijdschap en tevredenheid vinden in het geloof en meestal ook niet in de wereld. Het kunnen wettische, maar ook wereldgelijkvormige mensen zijn.
Wie wil nu zo’n halfslachtige meeloper zijn?
Kom aan, wees nu eens een radicaal toegewijd gelovige!
Word nu eindelijk eens een geheel toegewijd en overwinnend gelovige, waarin Jezus tot Zijn doel komt! Als Jezus het hoogste doel is in je leven, komt jouw leven tot Zijn doel.
Als Jezus het hoogste doel is in je leven,
komt jouw leven tot Zijn doel
Iemand die zich verder verhardt in de zonde, zal uiteindelijk zich steeds meer verwijderen van de beschermende en leidende wolk. Je ziet dat op de volgende afbeelding.
Buiten de wolk is de gevarenzone
Deze afvallige bevindt zich in de gevarenzone. Hij verkeert eigenlijk al op het machtsgebied van de vorst van de duisternis. De overste van de afvallige wereld vindt nu een rechtsgrond in het hart en leven van deze afdwalende persoon. De kwade geesten zullen zeker hun invloed laten gelden als je jezelf op hun grondgebied beweegt.
Buiten de lichtende en verkoelende wolk ben je namelijk automatisch op het gebied van het rijk van de duisternis. Er is dan ook geen bescherming tegen de verzengende hitte en aanvallen van demonische Amalekieten. Je bent dan geheel onbeschermd, zonder geestelijke wapenrusting en geestelijke leiding. Hoe lang zul je dan nog staande kunnen blijven in het krachtenveld van het kwaad?
We zien op de volgende afbeelding welke duistere wolken er gewoonlijk op een afdwalend hart afkomen.
Gewoonlijk gaat het in deze weg van kwaad tot erger. De verleidingen worden steeds sterker en heviger. De verkeerde lusten worden meer en meer aangewakkerd. Dwangmatigheid en verslavingen winnen terrein. Teleurstelling, falen, angsten en boosheid zijn het gevolg.
We zien het in onze tijd van verhevigde verleidingen steeds meer voorkomen dat mensen hierdoor depressief of agressief worden. Door risicovol gedrag raken velen beschadigd. Het zijn vaak gevolgen van bovenmatig gebruik van alcohol en drugs.
Veel jongeren zijn buiten de beschermende wolk al het slachtoffer geworden van emotionele beschadigingen en seksueel misbruik. Kom daarom niet op duistere plaatsen waar je beschadigingen kunt oplopen!
Alleen al in Nederland hebben wel 100.000 mensen de diagnose ‘borderline’, wat veelal het gevolg is van emotionele en geestelijke beschadigingen. Het grootste deel bestaat uit jonge mensen, die beschadigingen hebben opgelopen beneden de 18 of 20 jaar. Satan en zijn demonen hebben het vooral op de jeugd gemunt, omdat de gevoelige en opstandige periode van de puberteit ingangen biedt.
Velen gaan dan op verkenning uit, terwijl ze zich keren tegen de waarden en normen van hun opvoeding. Zij proberen dan met het donkere hart te ontsnappen uit het beschermende keurslijf van de christelijke opvoeding. Ze beseffen dan nog niet dat de wolk juist vrijheid en een goede toekomst biedt, terwijl de duistere machten hen gevangen nemen in een poel van ellende en verderf. Vaak komen ze hier te laat achter.
Een gezegend leven onder de leiding van God
De zonde van je jeugd kunnen de kwellingen van de ouderdom zijn. Veel mensen gebruiken de eerste helft van hun leven om de tweede helft ongelukkig te zijn.
Mozes houdt Israël voor in zijn afscheidsrede in Deut. 30:6: ‘De HEERE, uw God, zal uw hart en het hart van uw nageslacht besnijden, om de HEERE, uw God, lief te hebben met heel uw hart en met heel uw ziel, zodat u leven zult.’ In vers 14 geeft hij aan over het gebod van God: ‘Want dit woord is heel dicht bij u, in uw mond en in uw hart, om het te doen.’ Het komt aan op de oprechte keuze van ons hart.
Ook wij kunnen de volgende woorden van Mozes in Deut. 30:19-20 wel ter harte nemen, als hij doorgeeft: ‘Ik roep heden de hemel en de aarde tot getuigen tegen u: het leven en de dood heb ik u voorgehouden, de zegen en de vloek! Kies dan het leven, opdat u leeft, u en uw nageslacht, door de HEERE, uw God, lief te hebben, Zijn stem te gehoorzamen en u aan Hem vast te houden – want Hij is uw leven en de verlenging van uw dagen…’
Kom (weer) onder de veilige wolk!
Gelukkig is de genade van God in Jezus Christus zo groot, dat afgedwaalde zondaren, ver van het vaderhuis, nog terug kunnen en mogen keren.
We lezen hierover in het Evangelie, in Joh.3:16: ‘Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.’
Het gaat hier over de zondige, van God vervreemde wereld (‘kosmon’). God laat Zijn reddend Evangelie ook komen tot afgedwaalde weglopers.
Dit komt naar voren in het gezang van J. Buurman:
‘Gij die van God zijt afgedwaald, ver van ’t vaderhuis,
o weet, de poort blijft openstaan. Kom, o kom naar huis!
Kom naar huis! Kom naar huis! Zwerveling, kom naar huis!
Want steeds is er nog plaats genoeg, in het vaderhuis!’
…
Ben jij die zwerveling?
Hoe kom je aan een vernieuwd hart?
We lezen in Ezech. 11:19-20 over het genadig in grijpen van God in het hart: ‘Ik zal hun één hart geven en een nieuwe geest in uw binnenste geven. Ik zal het hart van steen uit hun vlees wegdoen en hun een hart van vlees geven, zodat zij in Mijn verordeningen gaan en Mijn bepalingen in acht nemen en die houden. Dan zullen zij Mij een volk zijn, en zal Ik hun een God zijn.’
God roept Zijn afkering volk op in Ezech. 18:31-32 tot een nieuw leven, met de opwekkende woorden: ‘Werp al uw overtredingen, waarmee u overtreden hebt, van u af en maak u een nieuw hart en een nieuwe geest. Waarom zou u sterven, huis van Israël? Ik schep immers geen behagen in de dood van een stervende, spreekt de Heere HEERE, dus bekeer u en leef!’
Herstel voor een gebroken hart
In de volgende afbeelding zie je dat er geloof en gebed komt vanuit een berouwvol en gebroken hart. Denk hierbij maar aan de verloren zoon (Luk.15). De weg naar het vaderhuis is dan spoedig gevonden. De vader stond al verlangend naar hem uit te zien. Toen hij in het zicht kwam, rende hij hem tegemoet en omhelsde hem, zo vies als zijn zoon ook was.
Hieronder kun je aanklikken op een uitnodigend lied van Kees Kraayenoord, dat goed hierbij past. Je kunt hierbij ook de mooie aanprekende afbeeldingen bekijken.
YouTube-video This is my cry – Kees Kraayenoord
(nederlands ondertiteld)
Weet, terugkerende zwerveling, dat jij ook van harte welkom bent bij de hemelse Vader en bij de liefdevolle Heiland, Die juist zondaars nodigt, om samen met hen te eten. Je wordt genodigd aan de tafel van genade!
Kijk maar naar de volgende afbeelding, waarin het symbolisch is afgebeeld.
Een vernieuwd en verlicht hart
Op de volgende afbeelding zie je dat het hart weer van harte onder de wolk is. Maar nu is het anders dan bij een eerdere afbeelding. Nu is de wolk een wolk van warmte, liefde en licht voor de oprechte gelovige.
Je wilt dan gehoorzaamheid en hartelijk volgen. Niemand hoeft je erbij te slepen of in het goede spoor te houden. je wilt het nu zelf ook, om samen met andere toegewijde gelovigen mee te gaan onder de wolk naar het beloofde hemelse Kanaän. Het is een blijmoedig volgen onder de heerlijke leiding en bescherming van de wolk. De afbeelding laat zien dat een verlicht en toegewijd hart ook licht uitstraalt naar de omgeving.
De wolk symboliseert hier duidelijk de geestelijke aanwezigheid van God in Jezus Christus in het hart van een oprechte gelovige. Het ziet ook op de leiding van de Heilige Geest in ons leven. Wij worden zelfs door deze hemelse Trooster onder de wolk vertroost en bemoedigd.
Wil je God weer gehoorzamen met een onverdeeld hart?
Wil je Jezus blijven volgen in het licht?
Kies er dan voor om met een volkomen hart de HEERE te dienen.
Hoogtepunten en opwekkingen onder de wolk
Bij belangrijke hoogtepunten en opwekkende beginpunten in de geschiedenis van Gods kerk zien we de heerlijkheid en bijzondere aanwezigheid van de Heere verschijnen. De wolk of de blazende wind zijn daarbij kenmerkende symbolen, ook voor de rijke werking van de Heilige Geest. Het Hebreeuwse woord ‘rūach’ kan vertaald worden met wind, storm, adem of Geest (of geest).
Bij de inwijding van de tempel vervulde een wolk het huis des HEEREN (1 Kon.8:10). In vers 11 lezen we verder: ‘Vanwege de wolk konden de priesters niet blijven staan om dienst te doen, want de heerlijkheid van de HEERE had het huis van de HEERE vervuld.’
Er was ook een wolk op het hoogtepunt van de verheerlijking van Jezus op de berg. We lezen hierover in Matth.17:5: ‘Terwijl hij nog sprak, zie, een lichtende wolk overschaduwde hen; en zie, een stem uit de wolk zei: Dit is Mijn geliefde Zoon, in Wie Ik Mijn welbehagen heb; luister naar Hem!’
Een bijzonder hoogtepunt was de vervulling van de Heilige Geest op de Pinksterdag. In Hand.2:2 wordt ‘hierbij verhaald: ‘En plotseling kwam er uit de hemel een geluid als van een geweldige windvlaag en dat vervulde heel het huis waar zij zaten.’ Het was het geluid als van een geweldige windvlaag. Letterlijk uit het Grieks vertaald: ‘(Een) gedruis net zoals van (een) meeslepend waaien’. Het woord pnoē (wind) wordt in de Septuaginta gebruikt als een vertaling van het Hebreeuwse rūach.
In de opwekkingsgeschiedenis is dit een bekend verschijnsel. Het kan na de Pinksterdag nog kan worden ontvangen en ervaren. Het zijn ervaringen ‘onder de wolk’. In onze tijd komen ze nog op vele plaatsen voor.
Ik geef hieronder een aantal voorbeelden van opwekkende ervaringen door, met name onder jongeren in de Westerse samenleving.
Opwekking onder gangsters in New York
Ds. David Wilkerson kwam in 1958 naar New York om het Evangelie te verkondigen aan de gangsters van de jeugdbendes. In zijn boek ‘Het kruis in de asfaltjungle’ beschrijft hij zijn ervaringen met deze jongeren en dan vooral zijn ontmoetingen met Nicky Cruz. Deze beruchte gangsterleider van de Mau Mau was bezet met demonen.
In zijn boek ‘Het kruis in de asfaltjungle’ beschrijft hij zijn ervaringen met deze jongeren en dan vooral zijn ontmoetingen met Nicky Cruz. Deze beruchte gangsterleider van de Mau Mau was bezet met demonen.
Het Evangelie van bevrijding heeft al veel zondaren gered
De ouders van Nicky waren spiritisten en verdienden hun brood met het uitwerpen van duivelen. Zij woonden in op het eiland Portorico. Hij is op 8-jarige leeftijd door zijn moeder weggezet als een zoon van satan. De occulte vloek, gebondenheid en bezetenheid door de geest van haat is over hem gekomen. Hij beschrijf zijn jonge leven en zijn bekering in het boek ‘Ik zal nooit meer huilen.’
David Wilkerson heeft kans gezien om heel wat vijandige gangstergroepen bij elkaar te krijgen in een grote samenkomst in de St. Nicholas Arena. In deze schouwburg in New York dreigde er tijdens de toespraak van Wilkerson een gewapend conflict uit te breken. David had over ‘elkaar liefhebben’ gesproken, maar dat was verkeerd gevallen bij de gangsters.
De zaal was geladen met haat. David boog zijn hoofd en gaf de leiding uit handen. Hij bad: ‘All right, Jezus, er is niets meer wat ik kan doen. Ik heb deze jonge mensen hier uitgenodigd en nu zal ik opzij gaan staan. Kom Heilige Geest. Als U de harten van deze jongens en meisjes wilt aanraken, dat zal dat alleen kunnen door Uw tegenwoordigheid. Ga Uw gang, Heer, ga Uw gang.’ Hij stond daar wel drie minuten met gebogen hoofd. Nicky Cruz, die van voren zat, zag hem zo staan bidden. Hij verhaalt: ‘Ik stond stil en zag mezelf. Rondom was het een gekkenhuis. Hier stond deze magere man, onbevreesd te midden van al dit gevaar. Waar haalde hij de kracht vandaan? Waarom had hij geen angst zoals ieder van ons? Ik voelde me beschaamd en verward. Het enige wat ik van God wist, was datgene wat ik van deze man gezien had.’
Zijn vriend Israël had de jongeren intussen rustig gekregen. Na drie minuten was het in de arena volkomen stil en zagen de jongeren de prediker daar staan. David bad door: ‘O, Heer, leg beslag op de hele zaal.’ Ze kwamen in de aanwezigheid van God.
Nicky Cruz vertelt ons verder: ‘Wilkerson begon weer te spreken. Hij zei iets over berouw over je zonden en sprak over vergeving. Ik was onder de invloed van een kracht die miljoenen malen sterker was dan die van welke verdovende middelen ook. Ik was niet langer verantwoordelijk voor mijn bewegingen, daden of woorden. Het was of ik door de wilde stroom van een snelle rivier werd meegesleurd. Ik had de kracht niet om te weerstaan. Ik begreep niet wat er in mij plaats vond.
Israël snoot luidruchtig zijn neus. Achter mij hoorde ik mensen schreien. Er waaide iets door deze overvolle arena als een wind die door de toppen van de bomen ruist. Zelfs de gordijnen opzij van het podium ritselden, alsof ze door een geheimzinnig adem bewogen werden.
David sprak weer: ‘Hij is hier. Hij is in deze zaal. Hij is speciaal voor jou gekomen. Als jij je leven veranderd wilt zien, is nu het ogenblik gekomen.’ Met autoriteit riep hij toen uit: ‘Sta op, zij die een nieuw leven willen beginnen, zij die Jezus Christus willen aannemen en zich willen bekeren – sta op! Kom naar voren!’
Nicky en meer dan vijfentwintig Mau Maus beantwoordden de oproep. Daarbij kwamen nog vijftig jongens uit andere gangstergroepen. In een aparte ruimte huilde Nicky voor de eerste maal sinds zijn kinderjaren in Portorico. Toen David zijn hand op het hoofd van Nicky legde en voor hem bad, kwamen er nog meer tranen. Schaamte, berouw en blijdschap over zijn redding vermengden zich in zijn hart.
David moedigde de huilende Nicky aan: ‘Ga maar door, Nicky, huil maar door. Gooi het voor God neer. Roep Hem aan. Zeg het Hem maar.’ Nicky bad: ‘Oh God, als U mij lief hebt, kom dan in mijn leven. Ik ben het weglopen zo moe. Kom in mijn leven en verander het. Verander het alstublieft.’ Nicky verhaalt ons verder: ‘Dat was alles, meer wist ik niet te zeggen. Maar ik had het gevoel alsof ik werd opgenomen en naar de hemel vloog.’ Hij werd gedompeld in liefde en geluk.
David las uit de Bijbel: ‘Indien iemand in Christus is, die is een nieuwe schepping, het oude is voorbijgegaan, zie het nieuwe is gekomen’ (2 Kor.5:17). Dit was ook met Nicky gebeurd. Zij vrees en angsten waren weg. Al zijn haat was weg. Hij getuigt: ‘Ik had God lief… ik had Jezus Christus lief… en iedereen die bij me was. Ik had zelfs mezelf lief.’
Die avond knielde hij voor zijn bed en wierp zijn hoofd achterover. Hij bracht dankbaar naar buiten: ‘Jezus… Jezus… ik dank U, Jezus… dank U.’ Hij was niet bang meer voor de nacht. Hij sliep negen heerlijke uren. De nachtmerries waren verdwenen.
Hieronder kun je op de link het lied van Christian Verwoerd over Nicky Cruz horen. Er zijn fragmenten van de film ‘Het kruis in de asfaltjungle’ op te zien. David Wilkerson wordt daarbij gespeeld door de bekende christelijke zanger Pat Boone.
Opwekkende ervaringen met jongeren
Persoonlijk was ik aanwezig op 7 november 2009 op een jongerenbijbelstudie in Zeeland. We waren met ca. 60 jongeren. Het ging onder meer over de tekst: ‘Ik ben de HEERE, Uw God, Die U uit Egypteland, uit het diensthuis, uitgeleid heb’ (Ex.20:2). Tijdens het zingen vooraf werd al door meerderen ervaren dat de Heere in ons midden was. Wij merkten dat we geestelijk gezien als het ware al ‘onder de wolk’ verkeerden. Dit leg ik dus uit als de aanwezigheid van de Heere.
De Heilige Geest was aan het werk onder ons. Een meisje werd er zo door geraakt dat een collega haar apart nam om samen met anderen voor haar te bidden. Zij stond (samen met anderen) open voor het Evangelie. Ze was zichzelf niet meer en wist niet hoe ze het had.
Wij zingen veel Bijbelgetrouwe liederen over Jezus. Ik besef dat Hij het verlossende werk heeft gedaan en nog doet, door de werking van de Heilige Geest. Wij dienen daarom Hem, in al Zijn schoonheid en heerlijkheid, aan de jongeren voor te stellen, ook in de liederen die we zingen.
We gingen na de inleiding daarna in kleinere Bijbelstudiegroepjes. Er was een groep die deze avond veel langer doorging dan de bedoeling was. Een meisje in deze groep mocht zien op het bloed van Jezus Christus, als zijnde op de posten van haar hart gestreken. Na lange tijd van zoeken en twijfelen mocht haar geloofsoog hiervoor opengaan.
In mijn groep hadden we het over de wolkkolom en de vuurkolom, vanuit Ex.13:17-22. Wij ervoeren ons daarbij geestelijk ook in de aanwezigheid van de Heilige Geest. Samen met een andere leider waren we bij elkaar met een groepje jongeren van ca. 12 jaar. De nood van mensen die nog onbekeerd en zonder Jezus waren, werd de nood van deze jonge tieners.
Ze begonnen sterk naar Jezus te verlangen
Ze begonnen sterk te verlangen naar de verlossing in Jezus. Er ontstond een innerlijke strijd om tot Hem te mogen komen, terwijl ze het niet uit zichzelf konden of niet wisten hoe het moest. Er kwam een innige ontroering, met veel tranen. We hebben toen samen gebeden, terwijl in het gebed de Heere Jezus werd voorgesteld in Zijn offer en Zijn liefelijke nodiging tot hen.
Ik denk dat er wel zo’n 10 jongeren een aanraking ervoeren, die de meesten nog niet zo hadden meegemaakt. De meesten waren er voor het eerst en zijn daarna de Bijbelstudies blijven volgen.
De geestelijke aanwezigheid van Jezus
Door Jezus Christus is de almachtige God onder ons komen wonen. De heerlijkheid van de HEERE vervulde de tabernakel, waarin in ark met het gouden verzoendeksel was. Dit ziet op de verzoening door Jezus Christus. Juist in het Nieuwe Verbond is Hij in de gelovigen gaan wonen met een heerlijke openbaring van Gods liefde en heerlijkheid. Hij is onze Immanuël (= God met ons). God is door Jezus Christus en de Heilige Geest in de gelovigen komen wonen. De Heilige Geest neemt het uit Jezus en verkondigt het ons.
De gelovigen zijn tempelen van de Heilige Geest
Bij de inwijding van de tempel was de wolk weer aanwezig en vervulde het huis van de HEERE (1 Kon.8:10-11). In vers 11 lezen we zelfs: ‘Vanwege de wolk konden de priesters niet blijven staan om dienst te doen, want de heerlijkheid van de HEERE had het huis van de HEERE vervuld.’
Als je gelooft, kan God met Zijn aanwezigheid soms zo dicht bij je komen, dat je in verwondering en aanbidding op je knieën neervalt. Dat zijn heerlijke momenten, waar je innerlijk op een bijzondere wijze door wordt ontroerd en verwarmd. Ik herinner me dat de Heere in Zijn genade met Zijn heerlijke aanwezigheid in mijn hart kwam en ik in Zijn liefde mocht verkeren. Het kwam toen in mijn hart: ‘Hoopt volkomen op de genade van de Heere Jezus Christus’. In 1 Petr.1:13 lezen we letterlijk: ‘Hoopt volkomen op de genade, die naar u toegebracht wordt bij de openbaring van Jezus Christus.’ Deze genade wordt ons aangereikt en toebedeeld.
De aanwezigheid van God door Jezus Christus wordt voor ons dan een werkelijkheid, die concreet wordt ervaren. We lezen hierover in Hebr.11:1: ‘Het geloof nu is een vaste grond van de dingen die men hoopt, en een bewijs van de zaken die men niet ziet.’ In een Engelse vertaling lezen we over het geloof: ’Faith gives substance to our hopes, and makes us certain of realities we do not see.’ Als we geloven wordt het realiteit voor ons. Het geloof levert een overtuigend bewijs. Het Griekse woord ‘elegchos’ ziet op een demonstratie.
In het geloof ervaren we de Jezus werkelijk in ons hart, als een wezenlijke relatie met Hem. Dit is het mooiste en heerlijkste wat je kunt ervaren in je geestelijk leven. Deze genade wordt ons door het overwinnende Evangelie ook aangereikt en toebedeeld. Het komt binnen ‘hartbereik’. De liefde van Jezus raakt ons werkelijk! Daarom klinkt het zo diep in het bekende lied: ‘He touched me.’ (Hij raakte me aan!). In het geloof mogen we de zoom van Zijn kleed aanraken en daarmee voelen we ook Zijn aanraking.
‘Wij willen worden aangeraakt’
Tijdens jongerensamenkomsten merken we dat de tieners opmerkelijk stil en aandachtig luisteren naar de toespraken.Toen iemand vroeg aan een jongere waarom dit zo was, reageerde deze: ‘Wij willen worden aangeraakt.’
Breng daarom de kinderen tot Jezus en verhinder ze niet – Hij raakte ze aan! En we weten dat Hij ze nog steeds wil aanraken door Zijn liefde en genade. Je moet Jezus daarom verkondigen als een Persoon, Die een relatie met ons wil aangaan. Daarom getuigt Johannes ook in 1 Joh.1:1 dat hij verkondigt ‘wat wij gehoord hebben, wat wij gezien hebben met onze ogen, wat wij aanschouwd hebben en onze handen getast hebben van het Woord des levens’. Op geestelijke wijze wordt dit ook nu nog door de gelovigen ervaren.
‘Toon mij Uw heerlijkheid’
Dr. D. Martyn Lloyd-Jones schrijft in zijn boek ‘Toon mij nu Uw heerlijkheid” ook over het ontvangen van bijzondere opwekkende ervaringen. We lezen op blz. 94: ‘Dat kunnen we vinden in de geschiedenis over de opwekkingen. We lezen er over mensen, die praten over hun gemeenschap en hun ontmoetingen met God en de Heere Jezus Christus, over Zijn aanwezigheid en de blijken van Zijn liefde. Zij werden overstelpt door het gevoel dat de Heere Jezus zeer nabij was en zij werden vervuld door Gods heerlijkheid en liefde. Dat komt u tegen in de levens van mensen als Jonathan Edwards en, zoals ik al herhaaldelijk gezegd heb, in het leven van christenen die tot allerlei verschillende kerkgenootschappen behoorden. We komen dat tegen bij Whitefield, bij Wesley, bij mannen als Finney en Moody en zoveel andere heiligen.’
We hebben het onfeilbare woord van Jezus in Matth.18:20, waarin Hij ons belooft: ‘Want waar twee of drie in Mijn Naam bijeengekomen zijn, daar ben Ik in hun midden.’ Als we in Zijn Naam rondom Gods Woord vergaderd zijn, is Hij dus werkelijk Aanwezige. Door het geloof mogen we daarbij de zegen van Hem verwachten!
Door de kracht van het Evangelie moeten God en Jezus realiteit voor ons worden. Het moet werkelijkheid voor ons worden en we moeten komen tot een relatie met Jezus. In de verkondiging moet Jezus ons voor de ogen worden geschilderd, als zijnde onder ons gekruisigd (Gal.3:1). In de verkondiging van het Evangelie moet Jezus voor ons worden uitgetekend. Hij moet openlijk worden afgekondigd (openly displayed upon His cross). Paulus predikte daarom ook ‘Jezus Christus, en Die gekruisigd’. Hij schrijft duidelijk in 1 Kor.2:2: ‘Want ik heb niet voorgenomen iets te weten onder u, dan Jezus Christus, en Die gekruisigd.’
De Heilige Geest neemt het uit Jezus. We lezen lezen hierover in Joh.16:13-15. Hij is de Geest der waarheid. Jezus zegt van Hem: ‘Die zal Mij verheerlijken; want Hij zal het uit het Mijne nemen, en zal het u verkondigen’ (Joh.16:14).
Als je Jezus volgt in het licht, ben je onder Zijn geestelijke leiding. Je kunt je dan veilig weten. Jezus leidt je dan in deze aardse woestijn. Dan kun je getroost gaan onder het heiligend kruis, naar het erfgoed hierboven in het Vaderlijk huis. Dankbaar kun je dan zingen vanuit je hart, het bekende lied van Hans Lieberton:
‘Jezus, vol liefde, U wilt ons leiden,
wij prijzen U als onze Heer.
Kom met Uw kracht, o Heer, en vul ons tot Uw eer.
Kom tot Uw doel met een ieder van ons.
Maak ons een volk, Heer, heilig en rein,
dat U, Heer, volkomen steeds toegewijd zal zijn.’
Opdrachten
A. Denk na over de volgende zegeningen en voordelen
Zegeningen en voordelen van het volgen onder de wolk:
-
Leiding van God
-
Volgen van Jezus in het licht
-
Bescherming van de HEERE
-
Onderhouding door God
-
Meemaken van de wonderen van God
-
Training als commando voor de geestelijke strijd
-
Vorming van een geschikt karakter in beproevingen
-
Overwinning over het kwaad en de persoonlijke zonde
-
Overwinning op de geestelijke vijanden
-
De toekomst in het beloofde land (het hemelse Kanaän).
B. Denk na over de volgende nadelen
Nadelen van het niet gehoorzaam volgen onder de wolk:
-
Je staat er alleen voor in de belangrijkste zaken van het leven.
-
Je blijft in de geestelijke duisternis buiten Jezus (zie Joh.8:12).
-
Er kan bitterheid in je hart komen door teleurstellende mara’s.
-
Je kunt door ongehoorzaamheid aan God afvallig worden en niet behouden aankomen in het hemelse Kanaän (zie 1 Kor.10:1-5).
-
Je kunt zoals de Israëlieten begerig worden naar ‘brood en spelen’, onmatigheid en lust (zie 1 Kor.10:6-8). Denk ook aan het ‘rauw’ eten van het vlees (Num.11:33-34).
Informatie bij 5:
De kwartels werden waarschijnlijk door de wind in hun trekgebied naar die plaats gevoerd (op iets minder dan een meter hoogte). Ze worden nu nog bij honderdduizenden gevangen met behulp van netten. Er zijn vangsten bekend van 2 miljoen en meer (zoveel Israëlieten verlieten vermoedelijk ook Egypteland – er wordt zelfs gedacht aan 3 miljoen).
De Israëlieten verzamelden minimaal tien gomer (of zo’n 1000 dieren). In hun gulzigheid namen ze niet eens de tijd de kwartels te slachten en te koken of te braden. Vermoedelijk hebben ze de dieren enkel in de zon laten dragen (zoals men nu in Egypte nog wel doet). Veel Israëlieten zijn door hun gulzigheid door de toorn van God voor straf omgekomen. De plaats werd daarna ‘Kibrot Hattaäwa’ (of Kibroth-Taäva) genoemd, vertaald: ‘graven van begeerte’.
Denk ook aan de geschiedenis van het gouden kalf in Ex.32. We lezen over deze afgodendienst in vers 6: ‘Het volk ging daarna zitten om te eten en te drinken; vervolgens stonden zij op om uitbundig feest te vieren.’ Ze offerden aan het gouden kalf en zeiden: ‘Dit zijn uw goden, Israël, die u uit het land Egypte geleid hebben’ (vers 8).
-
Je kunt ontevreden, mopperend en ondankbaar worden (zie 1 Kor.10:9-11).
-
Je kunt een geest van rebellie en opstandigheid krijgen tegen het gezag en de weg van God in je leven. Denk hierbij ook aan de opstandigheid van Mirjam en Aäron tegen het Mozes, die door God was aangesteld als leider. Je leest dat in Num.12.
-
Je kunt met twijfel en ongeloof bezet raken, zoals Israël bij de verspieders (zie dat in Num.13 en 14). Zij keerden zich daarbij tegen de verspieders Jozua en Kaleb, die hun vertrouwen in de HEERE uitspraken.
-
Door gebrek aan vertrouwen en volharding mis je dan het overwinnend geloof (van Kaleb en Jozua), en blijf je verliezer.
Informatie bij 9:
Kaleb sprak in het geloof tot het volk: ‘Laten wij vrijmoedig optrekken, wij zullen het land in bezit nemen, want wij zullen het zeker overmeesteren’ (Num.13:30). Kaleb beoefende door de genade van God het overwinnend geloof. In Num.14:24 lezen we de woorden van de HEERE over hem: ‘Maar Mijn dienaar Kaleb, omdat in hem een andere geest was en hij erin volhard heeft Mij na te volgen, Hem zal Ik brengen in het land waar hij geweest is, en zijn nageslacht zal het in bezit nemen.’
-
Bij blijvende ongehoorzaamheid, dubbelhartigheid, bitterheid, opstandigheid, vleselijk begeren en onmatige genotzucht, twijfel en ongeloof kun je dan de hemelse rust van God niet binnengaan en ben je dus verloren. Bestudeer hierbij Hebr. 3:7-4:6.