4. Verlangen naar acceptatie

Copyright: Jan A. Baaijens, pastorale hulpverlening.

Verlangen naar acceptatie

We hebben licht en liefde nodig

De liefde van God komt in het Evangelie tot je, lokt je aan en maakt je actief. Je kruipt dan naar het licht en de warmte toe.

Een gelovige is als een klein klimplantje. Klimplantje Geloof heeft het hout nodig om omhoog te kunnen klimmen uit het stof. Wat is het klimplantje waard zonder licht en houvast? Je hebt houvast, licht en liefde nodig in je leven!

Ben je ook als zo’n klimplantje?

Klem je dan maar vast aan het ruwhouten kruis!

Jezus straalt de liefde, het licht en de warmte van God uit. Gods liefde komt vanuit het Evangelie van het kruis naar je toe. Door de liefde van Jezus word je gevangen! Hij accepteert je. Als je tot Hem komt, wijst Hij je niet af. Door Zijn liefde worden de wonden van afwijzing genezen.

Opdracht 1

Bespreek samen in de hele groep het voorbeeld van het zonlicht, het kruis en het klimplantje, en de tekst die erover gaat. Welke geestelijke lessen kun je er uithalen?

Samen lezen 1 Johannes 4:7-19

Opdracht 2

a. Welke tekst spreekt je het meeste aan in dit voorgelezen gedeelte? Waarom?

b. Wat is de geweldige uitwerking van de liefde van God?

c. Hoe kunnen wij deze liefde het beste beantwoorden?

Opdracht 3

Luister naar het volgende twee liederen en kijk naar de afbeeldingen. Geef daarna (om de beurt) aan wat je hierin aanspreekt.

Het gaat over een liefhebbende vader en de volledige acceptatie van een verloren zoon.

Voorbeeld van YouTube-video Always Be A Child ~ Geerten Baaijens weergeven

 VOOR ALTIJD EEN KIND

(Vertaling ‘Always Be A Child’ van Ray Boltz)

Ik was daar 
toen jij je eerste levensadem blies. 
Ik hoorde je stem 
de eerste keer dat je huilde.
En ook al kon je me niet zien,
Ik was heel dichtbij. 
Er is iets wat Ik je graag wil vertellen: 

Je zult altijd een kind zijn in Mijn ogen.
Wanneer je liefde nodig hebt,
Mijn armen staan wijd open.
En ook al word je ouder,
Ik hoop dat je beseft
dat je altijd een kind zult zijn
in Mijn ogen. 

Ik was daar 
de eerste keer dat je bad.
En ik hoorde 
al de beloften die je deed.
Toen je voor me neerviel
en huilde ‘Vader, ik heb gezondigd’, 
raapte Ik je op,
en hield je dicht aan Mijn hart. 

Je zult altijd een kind zijn in Mijn ogen.
Wanneer je liefde nodig hebt,
Mijn armen staan wijd open.
En ook al word je ouder,
Ik hoop dat je beseft,
dat je altijd een kind zult zijn
In Mijn ogen.

Zie en beluister bij de volgende link het overweldigende welkom van de verloren zoon bij zijn terugkeer naar zijn liefhebbende vader. Zo worden wij ook uitgenodigd om ons leven voor het eerst of opnieuw aan God over te geven.

Door de Geest van aanneming (of adoptie) tot kinderen roepen wij: ‘Abba, Vader!‘ (Rom. 8:15). Het Griekse woord ‘huiothesia’ betekent: aanneming tot zoon, adoptie. Een gelovige mag de positie van adoptiekind innemen. Hij mag weten dat hij volledig is geaccepteerd door de hemelse Vader. Je kunt de link aanklikken:

 YouTube-video Ik geef mijn leven aan U over! Christian Verwoerd

We gaan nu uit elkaar in de kleinere discussiegroepjes

Tekst om samen te lezen en over na te denken:

Onze vroegere ervaringen hebben meestal veel impact op de rest van ons leven. Hoe zijn we gevormd vanaf onze kinderjaren? Als we al jong zijn geconfronteerd met afwijzing, angst en boosheid, kan dit veel invloed blijven uitoefenen op ons verdere denken, voelen en willen. Het zal dan blijven doorwerken in onze reacties, handelingen en beslissingen.

Je kunt je op school afgewezen voelen, omdat je niet wordt geaccepteerd of gekozen wordt, of dat je zelfs gepest wordt. Het is pijnlijk als je in de speeltuin niet mee mag doen.

Wat hebben we vanaf onze kinderjaren opgebouwd

in het netwerk van ons denken?

Liefde of afwijzing?

Het is nog erger als je voor je gevoel nooit liefde van je vader hebt ervaren of dat je moeder je eigenlijk niet wilde – dat je een ongewenst kind bent. Er zijn kinderen die van hun moeder uitdrukkingen hoorden zoals: ‘Was je maar nooit geboren’, of: ‘Wat doe je hier eigenlijk… ik kan je niet gebruiken… je zit bij me in de weg… jammer dat je er bent… hoepel toch op’.

Afwijzing is

‘het gevoel niet gewenst te zijn’ 

Ieder kind dat ter wereld komt, hunkert naar (ouderlijke) liefde, acceptatie en veiligheid.

Kinderen hebben behoefte aan liefde en acceptatie

Veel huwelijken eindigen in een echtscheiding. Door werkdruk en egoïsme kunnen ouders te weinig aandacht en tastbare liefde geven.

Als kind kun je dan denken dat mensen niet van je houden, dat ze je niet aardig vinden. Je kunt jezelf buitengesloten voelen in je gezin, de klas, de werkkring of samenleving. Je voelt je niet geaccepteerd en niet welkom.

Gevoelens van afwijzing

Het gevoel afgewezen te zijn kan te maken hebben met een geschonden vertrouwen, dat je door iemand die je vertrouwde bedrogen bent. Vooral als je van jongs af aan al bent afgewezen, kunnen ook schuldgevoelens en gevoelens van schaamte bij je aanwezig zijn. Het is allemaal diep gegrift in je geest en in je gevoelens. Het maalt steeds maar weer in je gedachten. Het is daarom ook een goede voedingsbodem voor verdere geestelijke belasting

Werken van de bekende bijbelleraar Derek Prince (1915-2003) zijn in meer dan 100 talen uitgegeven. In het boekje ‘Gods antwoord voor afwijzing’ streeft hij naar genezing voor de wonden van verwerping en schaamte.  Ik beveel dit aan, samen met zijn boekje ‘Aan de rand van bitter water’.

Ik denk dat ‘acceptatie’ de eerste geestelijke levensbehoefte van de mens is. Het afgewezen en niet geaccepteerd te zijn is vooral voor een jongere een diepingrijpende negatieve ervaring. Derek Prince heeft in zijn pastorale praktijk gemerkt dat verslavingen en persoonlijke problemen in de meeste gevallen ontstaan uit afwijzing.

Derek verklaart ons:

‘Een kind dat weinig lichamelijke warmte of aanraking ervaart,

zal gemakkelijk ten prooi vallen aan afwijzing.’

Hij geeft ons verder door: ‘Als je vandaag de dag praat met kinderen die verbitterd en opstandig zijn naar hun ouders toe, dan hoor je vaak het verhaal: ‘Mijn ouders hebben me alles gegeven: kleren, een opleiding, een rijbewijs en een auto, maar ze hebben me nooit tijd gegeven. Ze gaven nooit zichzelf.’ Hij verklaart verder:

‘Afwijzing kan een verborgen, innerlijke houding zijn,

die we met ons meedragen.’

 

Ben je ook afgewezen?

Denk aan de bemoedigende woorden uit Jes. 54:6-7: ‘Want als een verlaten vrouw, een bedroefde van geest, roept de HEERE u, de vrouw van de jeugd, die afgewezen was, zegt uw God.’

 

Samen lezen Jes. 54:4-12

Opdracht 4

a. Welke teksten in het voorgelezen gedeelte spreken je het meeste aan? Waarom?

b. Waarin herken jij jezelf?

c. Wat heb je nodig van wat wordt genoemd in dit tekstgedeelte?

d. Hoe kun je ontdekken in de Bijbelteksten van 1 en 2 wie God is, hoe Hij is

     en wat Hij voor ons kan betekenen?

 

Stellingen:

–         De hemelse Vader kun je altijd vertrouwen

–         Hij zal Zijn kinderen nooit in de steek laten

–         Jezus blijft onvoorwaardelijk van Zijn volgelingen houden

Opdracht 5

a. Wat vind je van deze stellingen?

b. Waarom mag je de zorg en liefde van aardse ouders niet op één lijn stellen met die van de hemelse Vader en Jezus?

 

Liefdesbanden of angstbanden

In het magazine ‘De Hoop nieuws’ van september 2010 wordt het belang van goede vriendschappen benadrukt. Hierbij wordt het belangrijke verschil tussen ‘liefdesbanden’ of ‘angstbanden’ aangetoond. Christenpsycholoog Jim Wilder benadrukt hierin het belang van geestelijke vreugde, en het hebben van gezonde liefdesbanden.

Geestelijke vreugde ontvangen wij, als wij ons geliefd weten door de mensen die dicht bij ons leven. Daardoor worden wij gestimuleerd om onszelf ook in liefde aan anderen te geven. Hierin zien we dat Liefde door liefde moet leven.

Er kunnen ook duistere angstbanden zijn. Deze worden gevoed door gevoelens van afhankelijkheid en afwijzing aan te kweken. Je kunt daarbij worden gekleineerd en achtergesteld. Je hebt het gevoel ‘je steeds maar niet waar te kunnen maken’. Je kunt dan uit slaafse angst je uiterste best gaan doen ‘om er maar bij te horen’. Je wilt meetellen. En dan is er nog de angst om afgewezen te worden. Het wordt erger als je genegeerd wordt, of zelfs gepest.

In het artikel van De Hoop nieuws wordt gesteld: ‘Bij een angstband proberen mensen negatieve gevoelens als pijn, vernedering, schaamte, schuld en/of angst te vermijden.’ Je wilt dan een ander behagen en plezieren. Je wilt een ander niet boos maken. Het is een slaafse vrees. Op den duur laat je jezelf bij (nieuwe) relaties gemakkelijk door angst drijven. Je kunt dan bang zijn om iemand te kwetsen door je eigen mening te geven. Door angstbanden komt zelfs liegen en bedriegen veel voor.

Liefde overwint

In het artikel van De Hoop wordt ons geleerd: ‘Angstbanden kunnen veranderd worden in gezonde liefdesbanden, maar vraagt wel veel inzet. Essentieel is dat de echte gevoelens geuit gaan worden. Veel mensen vinden het eng om hun verdriet, hun boosheid, hun gekwetstheid te laten zien. Ook durven ze niet te zeggen wat ze wel en vooral ook wat ze niet willen, terwijl grenzen stellen juist erg belangrijk is. Ze zijn bang om belachelijk gemaakt te worden of om (opnieuw) gekwetst te worden.’

Lees 1 Kor.13 maar eens voor jezelf. Daarin zie je hoe belangrijk de genadegave van de liefde is. De genadegaven geloof, hoop en liefde overwinnen de haat, boosheid en angst. Liefde is gericht op anderen.

Liefde wil delen

Liefde is medisch: helpend en helend. Liefde herstelt en geneest innerlijke wonden. We lezen in 1 Joh.4:18: ‘Er is in de liefde geen angst, maar de volkomen liefde werpt de vrees uit.’

De ware liefde is van God en door God. God is liefde (1 Joh.4:8). Dit is op aarde zichtbaar geworden in Zijn Zoon Jezus Christus. ‘Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder die in Hem gelooft, niet zal verderven, maar het eeuwige leven zal hebben’ (Joh.3:16).

God heeft Zich door Zijn verbond aan zondige mensen verbonden. Dat is pas de echte liefdesband. Gods verbond is Zijn liefdesband met mensen. 

Zolang we in liefde aan God verbonden blijven, zal onze liefde ook naar anderen uitgaan. Daarom houden we van elkaar!

Opdracht 6

a. Wat herken je in de tekst over liefdesbanden of angstbanden?

b. Hoe kunnen angstbanden worden verbroken?

c. Wat kun je er zelf aan doen?

 

Samen lezen: Jes. 49:14-16

Opdracht 7

a. Wat zeggen deze teksten over afwijzing en acceptatie?

b. Hoe kun je hier troost en bemoediging in vinden?

Onderling gebed

Afsluiten samenkomst

Beluister samen het lied ‘Kom tot de Vader’. Je mag biddend komen zoals je bent.

 YouTube-video Opwekking 599 – Kom tot de Vader

Een aansprekend lied bij deze sessie is ook Opwekking 595. De liefde van God is de hoogste acceptatie. Zijn liefde maakt, dat ik Hem wil leren kennen, dat ik bij Hem wil zijn. Doordat Zijn licht in mijn duisternis heeft geschenen, mag ik zien wie Hij is.

 YouTube-video Opwekking 595 – Licht van de wereld

 

Mogelijkheid tot nazorg

 

Sta op cursus Geestelijk herstel sessie 4 – vervolg: Een persoonlijke test

Copyright: Jan A. Baaijens, pastorale hulpverlening.

Meerkeuzevragen over je geestelijke conditie

Deze test is te gebruiken voor een pastoraal gesprek en nazorg. De test past goed na sessie 4 van de cursus. De genoemde zaken worden in de volgende sessies behandeld.

Hoe is het met je geestelijke conditie?

Het is belangrijk om een goed inzicht te krijgen in de geestelijke en psychische positie waarin je verkeerd. Innerlijk heb je door de jaren heen een historisch record opgebouwd aan ervaringskennis en gevoelens.

We willen samen ontdekken waar de pijnplekken zijn en waar het gemis wordt ervaren. Het begint meestal met afwijzing, met de daaruit voortkomende gevoelens van onveiligheid.

De gevolgen zijn meetbaar in gevoelens van boosheid, afgunst, twijfel en angst. Deze geestelijke zaken worden als een negatieve stuwkracht opgebouwd in het historisch record van het denken. Onze gevoelens en ons denken geven sturing aan onze wil. Dit is bepalend voor de wilskracht en de keuzes die we maken.

De persoonlijke meerkeuzevragen gaan over de positiebepaling van jezelf. Ze kunnen van tevoren thuis worden gemaakt, maar ook tijdens de samenkomst.

De 18 vragen zijn snel in te vullen. Omcirkel het antwoord dat het meeste bij jouw past. Als dit niet aanwezig is, kun je bij D een ander antwoord formuleren.

Het gaat erom hoe het is gesteld met het uiten van jouw gevoelens, jouw vertrouwen, zelfbeeld en de hoe je met afwijzing omgaat.

Daarna kan het met een begeleider van de cursus Geestelijk herstel op een gewenst moment met je worden doorgesproken.

Er is dan ook een mogelijkheid voor nazorg en gebed.

Persoonlijke meerkeuzevragen

Een positiebepaling van jezelf

Als jouw antwoord niet bij A, B of C zit, moet je bij D een eigen antwoord invullen.

(Je mag bij D ook een aanvulling geven: vul dit dan naast A, B of C in.)

 

Gevoelens

1. Durf jij je gevoelens wel te uiten?

    A. Daar heb ik geen moeite mee.

    B. Alleen bij enkele personen die ik echt vertrouw.

    C. Ik doe dat liever niet.

    D. …

2. Vind je het fijn om je gevoelens met een ander te delen?

    A. Nee, want dat vind ik niet zo veilig.

    B. Nee, want niemand hoeft te weten hoe ik mij voel.

    C. Ja, want dat kan fijn en bemoedigend zijn voor mezelf en anderen.

    D. …

3. Ben je bang dat iemand misbruik zal maken van jouw openheid over jezelf?

    A. Nee hoor, waarom zou iemand dat doen?

    B. Dat doet mij niets. Ik ben daar niet bang voor.

    C. Daar ben ik wel bang voor. Ik heb al meer gezien dat dit gebeurde.

    D. …

4. Ben je voorzichtiger geworden om jezelf zo persoonlijk te uiten? Waarom?

    A. Ja, omdat ik er meer dan eens bedrogen mee ben uitgekomen.

    B. Juist niet. Ik durf mezelf meer open te stellen dan vroeger.

    C. Ik vind het nu moeilijker, omdat ik onzekerder over mezelf ben geworden.

    D. …

5. Is het eigenlijk wel nodig om met iemand over jouw gevoelens te praten?

    A. Ik heb er geen behoefte aan en heb het tot nu toe zelf kunnen oplossen.

    B. Het is nergens voor nodig. Ik heb geen problemen.

    C. Ik heb er wel behoefte aan. Ik kom er alleen niet uit.

    D. …

Vertrouwen

6. Heb jij mensen die je echt durft te vertrouwen?

    A. Ja, ik heb er één of meer, waar ik bijna alles aan durf te vertellen.

    B. Ik blijf op mijn hoede. Ik ga er voorzichtig mee om. Je weet maar nooit.

    C. Alleen als het echt moet zal ik iemand in vertrouwen nemen.

    D. …

7. Heb jij belangrijke vragen op geestelijk gebied?

    A. Zeker wel. Ik zit er behoorlijk mee.

    B. Ja, maar ik durf er bijna niet met anderen over te praten.

    C. Min of meer, maar ik wil het eerst nog voor mezelf uitzoeken.

    D. …

8. Voel jij je wel begrepen?

    A. Door kennissen wel, maar verder ook niet.

    B. Door bijna niemand die ik ken.

    C. Ik voel me wel begrepen. Ze nemen me serieus.

    D. …

9. Word je wel geaccepteerd?

    A. Ik lig eigenlijk wel buiten de groep. Enkelingen trekken met mij op.

    B. Ze vinden me aardig. Ik hoor er gewoon bij.

    C. Ik word genegeerd en ook wel gepest.

    D. …

Zelfbeeld

10. Ben je tevreden over jezelf?

      A. Ik ben ontevreden over mezelf.

      B. Ik ben inderdaad tevreden over mezelf. Ik hoef niet anders te zijn.

      C. Ik mag eigenlijk niet klagen, maar het kan wel beter.

      D. …

11. Voel je jezelf in veel zaken minder bekwaam dan anderen?

      A. Nee hoor. Ik kan goed meekomen.

      B. Dat klopt. Het lukt me minder dan anderen.

      C. Ik maak me daar zorgen over en wordt er nogal eens zenuwachtig van.

      D. …

12. Hoe zie jij jezelf?

      A. Negatief

      B. Positief

      C. Daar denk ik niet over na.

      D. …

13. Waarin voel jij je onzeker?

      A. In veel zaken die op mij afkomen.

      B. In zaken waarover ik geen controle kan uitoefenen.

      C. Als iemand macht over mij uitoefent en mij onder druk zet.

      D. …

Afwijzing

14. Waarom vind je afwijzing zo erg?

      A. Ik word daar heel eenzaam en verdrietig van.

      B. Ik wil er graag bij horen en geliefd zijn.

      C. Ik kan er niet tegen als iemand een hekel aan mij heeft.

      D. …

15. Waarom zouden ze jou afwijzen?

      A. Omdat ik niet mee kan doen in de harde en verkeerde dingen.

      B. Omdat ik niet vlot, knap en grappig genoeg ben.

      C. Omdat ze een hekel aan me hebben, om hoe ik ben.

      D. …

16. Waarom zit je er mee als maar enkele mensen jou niet accepteren?

      A. Omdat dat juist de mensen zijn waar ik bij wil horen.

      B. Omdat ik van hen afhankelijk ben.

      C. Omdat ze me zo weten te treffen, dat mijn leven erdoor verzuurd wordt.

      D. …

17. Wat vind je bedreigend?

      A. Als anderen me kwetsen en pijn willen doen.

      B. Als ik buitengesloten word en ze me afwijzen.

      C. Als ik de controle verlies en mijn toekomst onzeker wordt.

      D. …

18. Wat doe je als mensen je pijn hebben gedaan?

      A. Ik wil dit niet laten merken en houd me aan de buitenkant groot.

      B. Ik kan ze moeilijk of niet vergeven en heb last van haatgevoelens.

      C. Ik voel boosheid en heb de neiging om wraak te nemen.

      D. …